AMSTELVEEN - De oorzaak van het landingsincident zondagavond met een Boeing 737-400 van KLM op de luchthaven van Barcelona is nog onbekend. Dat meldt KLM dinsdag (30 november) aan Luchtvaartnieuws. Op dit moment onderzoekt een team onder leiding van de Spaanse luchtvaartautoriteiten naar de toedracht van het incident.
De Boeing 737 (PH-BTC) rolde zondagavond tijdens de landing naast de baan. De 140 passagiers en zes bemanningsleden verlieten daarbij vrijwel ongedeerd het toestel via de noodglijbanen.
KLM-woordvoerder Hugo Baas heeft de plaats van het incident persoonlijk bezocht. Volgens hem moet het vliegtuig eerst uitgegraven worden om te kunnen zeggen hoe groot de schade is aan het toestel: “Dat uitgraven gaat als het goed is dinsdagnacht gebeuren, en is een hele onderneming. Pas daarna kan door de experts van KLM en de verzekeraars bepaald worden hoe groot de schade is.”
Aan het onderzoek wordt gewerkt door deskundigen van KLM, Boeing, de Transportongevallenraad en de Spaanse (luchtvaart)autoriteiten. De laatstgenoemde partij heeft de leiding over het onderzoek, zoals dat gebruikelijk is bij vliegtuigongevallen. Alleen al de KLM stuurde na het incident een team van twintig personen naar Spanje.
De maatschappij levert aan de passagiers en bemanning ‘personal assistance’, uitgevoerd door een team van vrijwillige KLM-ers die optreden in geval van calamiteiten. Zij zijn een aanspreekpunt en regelen allerlei zaken, zoals het omboeken van vluchten en het inschakelen van juristen. Inmiddels hebben de passagiers hun bagage, die zich nog in het vliegtuig bevond, terug.
De Boeing 737 (PH-BTC) rolde zondagavond tijdens de landing naast de baan. De 140 passagiers en zes bemanningsleden verlieten daarbij vrijwel ongedeerd het toestel via de noodglijbanen.
KLM-woordvoerder Hugo Baas heeft de plaats van het incident persoonlijk bezocht. Volgens hem moet het vliegtuig eerst uitgegraven worden om te kunnen zeggen hoe groot de schade is aan het toestel: “Dat uitgraven gaat als het goed is dinsdagnacht gebeuren, en is een hele onderneming. Pas daarna kan door de experts van KLM en de verzekeraars bepaald worden hoe groot de schade is.”
Aan het onderzoek wordt gewerkt door deskundigen van KLM, Boeing, de Transportongevallenraad en de Spaanse (luchtvaart)autoriteiten. De laatstgenoemde partij heeft de leiding over het onderzoek, zoals dat gebruikelijk is bij vliegtuigongevallen. Alleen al de KLM stuurde na het incident een team van twintig personen naar Spanje.
De maatschappij levert aan de passagiers en bemanning ‘personal assistance’, uitgevoerd door een team van vrijwillige KLM-ers die optreden in geval van calamiteiten. Zij zijn een aanspreekpunt en regelen allerlei zaken, zoals het omboeken van vluchten en het inschakelen van juristen. Inmiddels hebben de passagiers hun bagage, die zich nog in het vliegtuig bevond, terug.