BRUSSEL - Het aantal passagiers op Europese luchthavens is weer bijna op het niveau van 2019, het jaar voor de uitbraak van de coronapandemie. In juli lag het aantal passagiers slechts 3 procent lager dan in dezelfde maand in 2019. Vergeleken met juli vorig jaar groeide het aantal reizigers met 12,8 procent. Dat blijkt uit cijfers van luchthavenvereniging ACI Europe.
“Deze cijfers laten een verschuiving zien naar ervaringsgerichte consumptie, waarbij mensen reizen meer dan ooit waarderen. De veerkracht van het consumentenvertrouwen is opmerkelijk gezien de gestegen kosten van levensonderhoud en de recordstijgingen van de vliegtarieven", zegt Olivier Jankovec, de directeur-generaal van ACI Europe.
In onder meer IJsland, Kroatië, Griekenland en Portugal zijn de passagierscijfers zelfs al ruim hoger dan voor de pandemie. Ook in grote Zuid-Europese landen als Italië en Spanje is de markt volledig hersteld. Maar onder meer Duitsland, Finland en Zweden zijn daar nog ver van verwijderd. De Nederlandse markt is eveneens nog niet volledig boven water.
De grootste Europese luchthavens herstellen gemiddeld minder snel dan de middelgrote en kleinere, met gemiddeld 4,3 procent minder reizigers vergeleken met juli 2019. Dat is volgens ACI onder meer te wijten aan de de trage terugkeer van reizigers uit China. Op Schiphol lag het aantal passagiers 10,6 procent lager dan pre-corona.
Londen Heathrow was in juli de drukste Europese luchthaven, gevolgd door Istanbul.