HET LOO - Mr. Pieter van Vollenhoven heeft tegenover luchtvaartjournalist Arnold Burlage van De Telegraaf gezegd dat hij is bezorgd over het achterblijven van de hulpverlening bij vliegrampen nu de vliegtuigen steeds groter worden. De bouw van de super jumbo, de Airbus A380 is dit jaar begonnen en kiest over enkele jaren met meer dan 600 passagiers het luchtruim. Als voorzitter van de Raad voor de Transportveiligheid doet mr. Van Vollenhoven die alarmerende constatering exclusief in De Telegraaf ter gelegenheid van een eeuw luchtvaart. De Telegraaf wijst op een conclusie van De Raad voor de Transportveiligheid, vorige week, dat al bij een “simpele” brand in de Schiphol tunnel, twee jaar geleden, miscommunicatie de hulpverlening gebrekkig maakte als gevolg van en het ontbreken van overzicht en een goede coördinatie. De verontrusting van mr. Van Vollenhoven is ook om andere reden nu hoogst actueel, meent De Telegraaf, omdat de eerste Airbus A380 al in 2005 voor proefvluchten en in 2006 met passagiers het luchtruim zal kiezen. Verschillende maatschappijen hebben de nieuwste super jumbo al besteld. Ook op Schiphol zullen die mammoet toestellen aankomen en vertrekken. “Wat mij stoort bij een debat over grotere vliegtuigen is dat niemand praat over de nazorg als iets mis gaat. Als je met 400 personen kunt vliegen, dan zal dat ook wel met 800 personen kunnen. Maar niemand spreekt over wat te doen met 500 slachtoffers met ernstige brandwonden!”, luidt de oprecht zorg van de voorzitter van de Raad voor de Transportveiligheid in De Telegraaf. Op de drempel van de tweede eeuw van de wereldluchtvaart uit mr. Van Vollenhoven als andere grote zorg de risico, dat veiligheid aan economische belangen geofferd zal worden. Als voorzitter van de Raad van de Transportveiligheid laat hij luchtvaartjournalist Arnold Burlage weten: “In de ‘kleine’ luchtvaart zie je nog wel eens ‘wilde haren’, maar in de ‘grote’ luchtvaart heerst een strakke discipline qua veiligheid. Maar ook al staat het onderwerp Veiligheid in principe hoog genoteerd; ook hier kan veiligheid het onderspit delven ten opzichte van economische belangen. Denk bijvoorbeeld aan de ramp met de Space-shuttle Columbia op 16 januari 2003”. Wat beschouwt mr. Van Vollenhoven als het belangrijkste bijdrage van de luchtvaart aan de wereldburgerij in de afgelopen eeuw, wil De Telegraaf weten? “Betrouwbaarheid, gelet op het enorme aantal vliegtuigbewegingen”, luidt zondermeer zijn antwoord. Het diepgaand onderzoek van bijvoorbeeld vliegrampen en andere ongelukken, waarmee in ons land de Raad voor de Transportveiligheid is belast, vond ook zijn oorsprong in de luchtvaart. Al sinds 1951 is dat grondig onderzoek ook wereldwijd bepaald in het verdrag van de ICAO, de internationale VN organisatie voor de burgerluchtvaart. “Iedereen wil weten wat er bij een ongeval is gebeurd om er lering uit te kunnen trekken”, aldus Van Vollenhoven “De Raad voor de Transportveiligheid is - volgens een Europese richtlijn – ook verplicht ‘alle’ luchtvaartongevallen te onderzoeken. Van groot belang voor de veiligheid is, dat men “verplicht” is om te antwoorden op de aanbevelingen van de Raad. Zo ontstaat een veiligheidsdialoog! Is een onafhankelijke Raad niet bij uitstek een luchtvaartinstituut, dat Europa breed zou moeten worden opgezet? Mr. Van Vollenhoven: “In Europa zijn alle lidstaten verplicht om onafhankelijk onderzoek te doen naar luchtvaartongevallen. Misschien zouden deze raden ‘eens’ kunnen uitgroeien naar een European Transport Safety Board. Op korte termijn vind ik dat echter niet noodzakelijk. Wel moeten de aanbevelingen op een centraal punt in Europa bijeen worden gebracht”. De rol van de Raad voor Transportveiligheid zal komend jaar ingrijpend veranderen. Mr. Van Vollenhoven bevestigd in De Telegraaf: “De filosofie van het onafhankelijk onderzoek wordt in 2004 van toepassing verklaard op alle sectoren in Nederland (nu is dat alleen transport). De Raad voor de Transportveiligheid wordt opgeheven en verandert in de nieuwe ‘Onderzoeksraad voor Veiligheid’.