In juni kreeg de airline toestemming om weer op te stijgen van de National Company Law Tribunal (NCLT), het Indiase equivalent van de Ondernemingskamer, nadat de activiteiten op 17 april 2019 waren gestaakt. Nu lijken echter twee vakbonden, Bhartiya Kamgar Sena en Jet Airways Cabin Crew Association, roet in het eten te gooien.

Rahul Oak, advocaat in de zaak, vertelde aan de Indiase nieuwswebsite The Federal dat oud-werknemers beroep hebben aangetekend tegen de compensatie die de nieuwe eigenaar, het Murari Lal Jalan-Kalrock Capital-consortium, heeft voorgesteld. Dat Anglo-Emiratische consortium maakte bekend dat 50 van de 4.000 werknemers hun baan zouden behouden. De anderen kregen een eenmalige nabetaling van 8 procent van het aan hun verschuldigde salaris, en daartegen verzetten de vakbonden zich nu.

Advocaat Oak: “De twee vakbonden zijn niet tegen de revival van de airline; ze zijn tegen de voorgestelde compensatie. We willen voor de employees een beter bod.” Door de aangespannen civiele zaak hangt de doorstart van Jet Airways opnieuw aan een zijden draadje, aangezien de zaak speelt bij de NCLT, dat Jet kan verbieden weer van start te gaan.

Jet Airways was een decennium geleden met ruim 21 procent marktaandeel de op een na grootste Indiase luchtvaartmaatschappij. De opkomst van prijsvechters als SpiceJet en IndiGo luidden de ondergang van Jet in.

Tot de lente van 2019 had Jet Airways haar Europese hoofdkwartier op Schiphol. De Nederlandse luchthaven werd verbonden met Mumbai, Delhi, Bangalore en Toronto. Eén van de voormalige Boeing 777-300ER's van het bedrijf staat sinds de ondergang gestald op Schiphol.