DEN HAAG - De luchthaven Schiphol behoort met tarieven en heffingen tot de goedkoopste luchthavens van Europa. Alleen de luchthaven van Frankfurt is nog een fractie goedkoper. Dat meldt vandaag de Financieele Telegraaf
Het imago van Schiphol is bij luchtvaartmaatschappijen geheel anders. De kritiek op de hoogte van de tarieven is niet van de lucht. Een onderzoek van het ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft nu het tegendeel aangetoond. Staatssecretaris Melanie Schultz van Haegen (Verkeer) stuurt de resultaten vandaag naar de Tweede Kamer.
Het onderzoek is in opdracht van het Directoraat Generaal Luchtvaart. Bij de begeleiding van het onderzoek zijn vertegenwoordigers van de Ministeries van Financiën en Economische Zaken betrokken geweest.
Het onderzoek, uitgevoerd door SEO / Amsterdam Aviation Economics, beschrijft de invloed van luchthavengelden en overheidsheffingen op het economisch speelveld van Europese luchthavens.
“Schiphol heeft een concurrerend prijsniveau, ondanks een relatief sterke stijging van de tarieven gedurende de afgelopen jaren”, aldus één van de conclusies. Naast Schiphol zijn ook de luchthavens Frankfurt, Londen Heathrow en Gatwick en Parijs Charles de Gaulle en Orly in het onderzoek betrokken.
Op Schiphol is het overheidsaandeel in de totale opbrengsten uit havengelden en heffingen (17%) lager dan op de vijf andere luchthavens. Vooral op Londen en Parijs is het overheidsaandeel hoog (meer dan 50%). Per type heffing is het beeld genuanceerder, zo wordt in de onderzoekresultaten geconstateerd.
Ten opzichte van 1999 zijn de totale opbrengsten uit havengelden en heffingen op Schiphol het sterkst gestegen, namelijk met circa 38% in vier jaar. Op andere luchthavens varieert de stijging van 23% op Frankfurt tot 33% op Parijs Charles de Gaulle. De stijging op Schiphol vloeit mede voort uit het investeringsprogramma dat de luchthaven heeft uitgevoerd en de hogere kosten van beveiliging.
De geluidsisolatiekosten op Schiphol zijn significant hoger dan die op Londen en Frankfurt vanwege het intensievere langjarige geluidsisolatieprogramma in Nederland.
Het imago van Schiphol is bij luchtvaartmaatschappijen geheel anders. De kritiek op de hoogte van de tarieven is niet van de lucht. Een onderzoek van het ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft nu het tegendeel aangetoond. Staatssecretaris Melanie Schultz van Haegen (Verkeer) stuurt de resultaten vandaag naar de Tweede Kamer.
Het onderzoek is in opdracht van het Directoraat Generaal Luchtvaart. Bij de begeleiding van het onderzoek zijn vertegenwoordigers van de Ministeries van Financiën en Economische Zaken betrokken geweest.
Het onderzoek, uitgevoerd door SEO / Amsterdam Aviation Economics, beschrijft de invloed van luchthavengelden en overheidsheffingen op het economisch speelveld van Europese luchthavens.
“Schiphol heeft een concurrerend prijsniveau, ondanks een relatief sterke stijging van de tarieven gedurende de afgelopen jaren”, aldus één van de conclusies. Naast Schiphol zijn ook de luchthavens Frankfurt, Londen Heathrow en Gatwick en Parijs Charles de Gaulle en Orly in het onderzoek betrokken.
Op Schiphol is het overheidsaandeel in de totale opbrengsten uit havengelden en heffingen (17%) lager dan op de vijf andere luchthavens. Vooral op Londen en Parijs is het overheidsaandeel hoog (meer dan 50%). Per type heffing is het beeld genuanceerder, zo wordt in de onderzoekresultaten geconstateerd.
Ten opzichte van 1999 zijn de totale opbrengsten uit havengelden en heffingen op Schiphol het sterkst gestegen, namelijk met circa 38% in vier jaar. Op andere luchthavens varieert de stijging van 23% op Frankfurt tot 33% op Parijs Charles de Gaulle. De stijging op Schiphol vloeit mede voort uit het investeringsprogramma dat de luchthaven heeft uitgevoerd en de hogere kosten van beveiliging.
De geluidsisolatiekosten op Schiphol zijn significant hoger dan die op Londen en Frankfurt vanwege het intensievere langjarige geluidsisolatieprogramma in Nederland.
