DUBAI - Airbus start een project waarbij lessen uit de natuur moeten leiden tot een verlaging van het brandstofverbruik en de uitstoot van schadelijke stoffen door verkeersvliegtuigen. Bij fello’fly, zoals het project is gedoopt, test Airbus de technische, operationele en commerciële haalbaarheid van het laten samen vliegen van twee toestellen op lange afstanden.
Door middel van fello’fly vangt een volgvliegtuig de energie op die verloren is gegaan door het leidende vliegtuig, door te vliegen in de luchtstroom die dit toestel creëert. Dit biedt lift aan het volgvliegtuig, waardoor het de stuwkracht kan verminderen. Het brandstofverbruik kan daardoor per reis vijf tot tien procent lager uitvallen. Het principe is afgekeken van de manier waarop ganzen samen vliegen.
Airbus werkt aan een technische oplossing die piloten assisteert om het vliegtuig veilig gepositioneerd te houden in de luchtstroom van het vliegtuig dat ze volgen. Daarbij moet steeds dezelfde afstand in acht worden gehouden, op een stabiele vlieghoogte. Op operationeel gebied werkt Airbus samen met luchtvaartmaatschappijen en luchtverkeersleidingsorganisaties om de duovluchten te kunnen plannen en uit te voeren.
De Europese vliegtuigbouwer wil komend jaar met twee van haar A350’s de eerste testvluchten uitvoeren. Wanneer alle tests positief verlopen verwacht Airbus dat het fello’fly-principe rond 2025 daadwerkelijk in de praktijk gebracht kan worden door luchtvaartmaatschappijen.