TOULOUSE – Airbus heeft voor het eerst gevlogen met een A320neo voorzien van LEAP-motoren. De testvlucht duurde bijna vier en half uur en verliep succesvol, zo meldt de Europese vliegtuigbouwer. In september begon Airbus het testvluchtprogramma met een A320neo aangedreven door PW1100G-motoren van het Amerikaanse Pratt & Whitney.
Kopers van de A320neo kunnen zelf kiezen welke van de twee motortypes ze voor hun toestellen willen gebruiken. Airbus belooft dat de A320neo tot wel twintig procent zuiniger wordt dan de huidige generatie A320's. Die besparing wordt voor het grootste deel gerealiseerd door de nieuwe straalmotoren.
Tijdens de eerste testvlucht met de LEAP-1A-motor van CFM International werden volgens Airbus uiteenlopende controles uitgevoerd en systemen gecheckt. De testpiloten dirigeerden de 'neo' naar de maximale vlieghoogte van bijna twaalf kilometer.
Airbus klokte tot nu toe met de testvliegtuigen met PW1100G-motoren ruim vierhonderd vlieguren. CFM International, een Frans-Amerikaans samenwerkingsverband, levert de LEAP-motoren ook aan Boeing. De Amerikaanse vliegtuigbouwer gebruikt de motor als LEAP-1B voor de nieuwe 737 MAX.
Eerder dit jaar kwam CFM negatief in het nieuws toen anonieme bronnen melden dat de LEAP-motor tijdens de testfase minder goed presteert dan verwacht. Het brandstofverbruik zou tegenvallen. CFM-topman Jean-Paul Ebanga noemde de berichtgeving in een interview met Luchtvaartnieuws 'ongefundeerd en onbetrouwbaar'. Volgens Ebanga is CFM tevreden over de LEAP-motor en gaat de motor aan alle verwachtingen voldoen.
Lees meer over CFM en het interview met Ebanga in het mei-nummer van het blad Luchtvaartnieuws.