SCHIPHOL - Op de Polderbaan op Schiphol is zondagochtend de laatste lijndienstvlucht van KLM met de McDonnell Douglas MD-11 geland. Na aankomst parkeerde het toestel bij gate D2, pal voor het panoramaterras. Daar wachtten veel spotters en belangstellenden de MD-11 op. Het driemotorige widebodyvliegtuig was sinds eind 1993 in dienst bij de luchtvaartmaatschappij en KLM was wereldwijd de enige airline die nog passagiersvluchten met het toestel uitvoerde. In meerdere opzichten is de landing van de 'Audrey Hepburn' het einde van een tijdperk.
Met het uitfaseren van de MD-11 dit najaar komt er bij KLM na tachtig jaar een eind aan het gebruik van vliegtuigen van fabrikant (McDonnell) Douglas. Het Douglas-tijdperk startte in 1934 met de ingebruikname van de DC-2 'Uiver' die eind dat jaar de luchtrace Londen-Melbourne won.
KLM onderhield decennialang een unieke relatie met vliegtuigbouwer McDonnell Douglas, die in 1997 werd overgenomen en opgeslokt door Boeing. Als enige luchtvaartmaatschappij ter wereld heeft KLM sinds de DC-2 praktisch alle door deze fabrikant gebouwde verkeersvliegtuigen in gebruik gehad.
Slechts twee jaar na de DC-2 volgde de iets grotere en zwaardere DC-3, waarvan verschillende (ex-militaire) varianten nog tot ver na de Tweede Wereldoorlog in gebruik bleven. Zelfs tijdens de oorlog bleef KLM met Dakota’s vliegen tussen Bristol en Lissabon. Na de oorlog was de DC-3/C-47 het vliegtuig waarmee het vliegverkeer hervat werd.