DE MEERN - De ANVR wil de volgend jaar in Nederland in te voeren vliegbelasting aankaarten bij de Europese Unie. De reisbrancheorganisatie wil vragen of er een procedure kan worden gestart omdat de heffing in strijd zou zijn met Europese verdragen. Omdat de heffing niet geldt voor transferpassagiers is sprake van discriminatie, zo vindt de ANVR. De Raad van State deelt die mening.

Het wetsvoorstel roept volgens het adviesorgaan van de overheid spanning op in relatie tot artikel 15 van het Verdrag van Chicago. Dat artikel zegt dat ‘geen tarieven, rechten of andere kosten mogen worden opgelegd voor het enkele recht van vertrek per vliegtuig uit het grondgebied van een land’. Een vergelijkbare heffing op Malta heeft in juni 2007 er al toe geleid dat de Europese Commissie een zogeheten inbreukprocedure is gestart.

De Raad van State geeft verder aan een nadere onderbouwing te missen van de milieueffecten. Dit terwijl het Milieu en Natuur Planbureau eerder heeft gesteld dat de milieueffecten op de CO2-uitstoot marginaal zijn, aldus de ANVR. Een nieuw onderzoeksrapport van de overheid wordt wel aangekondigd, maar is nog niet bijgevoegd bij het wetsvoorstel.

Ryanair
Ook is de Raad van State zeer kritisch wat betreft het differentiëren op basis van een 2.500 kilometer grens voor het hanteren van het tarief. Binnen een straal van 2.500 kilometer moet 11,25 euro worden betaald, buiten deze straal gaat het om een vertrekbelasting van 45 euro. De ANVR deelt deze kritiek. Met name vakantiebestemmingen als de Canarische Eilanden, Egypte, Israël en Turkije zijn hiervan de dupe.

De ANVR spreekt op korte termijn met Kamerleden over het wetsvoorstel en gaat onderzoeken welke juridische stappen kunnen worden genomen. Datzelfde is ook prijsvechter Ryanair van plan. Europa's grootste low cost carrier vindt dat de belasting door de regering wordt gebruikt om KLM te bevoordelen omdat transferpassagiers de heffing ontlopen.