AMSTERDAM - Het in 2006 gelanceerde Europese onderzoeksproject op het gebied van vliegveiligheid, FLYSAFE, komt in juni van dit jaar ten einde. Volgende week worden tijdens een conferentie op het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium (NLR) in Amsterdam de innovaties en simulaties gedemonstreerd die uit het onderzoeksproject zijn voortgekomen. Aan FLYSAFE, waarmee 53 miljoen euro is gemoeid, wordt deelgenomen door 36 partners uit 14 landen.


Tijdens de conferentie van volgende week zijn op het NLR de verkeerstorensimulator NARSIM en de vluchtsimulator GRACE (een cockpit van een A320) met elkaar verbonden. Verkeersleiders en piloten zullen dan een aantal van de innovaties die tijdens FLYSAFE zijn ontwikkeld, demonstreren.

Eén van de nieuwe features is dat de piloot tijdens het taxiën via een datalink de route doorkrijgt en die met de plattegrond van de luchthaven op zijn schermen verschijnt. Het voordeel hiervan is dat piloten niet meer de taxiroute van de verkeersleider hoeven te onthouden maar de gegevens gepresenteerd in de cockpit krijgen.

Een andere applicatie betreft de nadering van een luchthaven. Nu moet de verkeersleider ieder vliegtuig diverse richting- en snelheidinstructies geven om vliegtuigen op een veilige afstand achter elkaar te brengen. Met het nieuwe systeem ontvangt ieder vliegtuig één instructie en komt het automatisch achter het andere op de juiste afstand.

De uitkomsten van FLYSAFE worden gebruikt in andere projecten van de Europese luchtvaartindustrie en de Europese Commissie, zoals CleanSky en SESAR. De resultaten van FLYSAFE zullen worden verwerkt in de volgende generatie van Europese vliegtuigen.