Air Canada verdedigde de bonussen in eerste instantie door te stellen dat veel managers hun basissalaris vrijwillig hadden verlaagd, en dat zij hard hebben gewerkt om het bedrijf door de crisis te loodsen, gestrande reizigers te repatriëren en medische noodmaterialen te verschepen.

In totaal werd er 10 miljoen dollar uitgekeerd aan 900 werknemers. Daarvan ging 8 miljoen naar het middle management (exclusief de bedrijfstop). “Die bedragen zijn erkenning voor hun werk in moeilijke tijden”, aldus Air Canada. “Bovendien hebben zo’n 3.200 werknemers eerder genoegen genomen met 11,5 miljoen dollar minder salaris.

De luchtvaartmaatschappij benadrukt dat er geen belastinggeld is gebruikt, maar dat Air Canada 8 miljard dollar in de private sector heeft opgehaald om de kas aan te vullen. Om toch gehoor te geven aan de publieke ophef die is ontstaan heeft het topmanagement (Executive Vice Presidents en de in februari 2021 afgetreden CEO Calin Rovinescu) besloten hun bonussen terug te geven.

Ex-topman Rovinescu, die werd opgevolgd door Michael Rousseau, nam in 2020 genoegen met 35 procent (490.000 dollar) minder salaris. Desondanks geeft hij nu zijn bonus terug. In een verklaring zegt hij die te schenken aan de Air Canada Foundation. Die organisatie zet zich in voor zieke en minder bedeelde kinderen. Hij voegt daarbij toe dat hij die gift niet zal opvoeren bij zijn belastingaangifte.

Diverse CEO’s uit de luchtvaart, waaronder Qantas-topman Alan Joyce, gaven eerder al aan vrijwillig af te zien van hun gebruikelijke bonussen of andere beloningen. Daarnaast zijn verschillende luchtvaartmaatschappijen daartoe gedwongen als voorwaarde voor overheidssteun, zoals KLM. Ben Smith, topman van Air France-KLM, houdt wél vast aan zijn extraatjes bovenop zijn salaris: hij kan de komende jaren via een foefje miljoenen tegemoet zien.