WILLEMSTAD - Lokale Antilliaanse luchtvaartmaatschappijen moeten ook op Nederland kunnen vliegen. De luchtvaart op de Antillen en Aruba moet zo open en vrij mogelijk zijn. Dat verklaarde de Nederlandse verkeersminister Camiel Eurlings maandag (26 januari) tijdens een luchtvaartconferentie op Curaçao. Wat hem betreft kunnen lokale Antilliaanse maatschappijen op termijn ook op de route tussen Amsterdam en Curaçao/Sint Maarten vliegen.


"Het is nog een onderwerp van gesprek. Wat mij betreft moeten we niet 100 procent liberaliseren op de intercontinentale route. Maar naast de bestaande vluchten van KLM, Martinair en ArkeFly moet er ook ruimte zijn voor Antilliaanse maatschappijen."

Eurlings stelt dat lokale maatschappijen als het Curaçaose Insel Air de ambitie hebben om verder te groeien dan luchtvaartverbindingen binnen de Antillen en Aruba. "Ze willen een grotere internationale speler zijn. Laat ze. Ik denk dat de maatschappijen voldoende geëquipeerd zijn om aan de slag te gaan. Het is belangrijk daar voor open te staan", aldus Eurlings.

Eurlings ziet de aanstaande staatkundige herstructurering van de Nederlandse Antillen, die voor 2010 staat gepland, als een unieke kans. "De ontmanteling is een historische stap, waarbij we moeten zorgen - op het gebied van luchtvaart - dat de voorzieningen voor de bewoners beter worden. Dus geen duurdere tickets of slechtere service."

In het verleden waren lokale maatschappijen als Air Aruba en Dutch Caribbean Airlines actief op routes van respectievelijk Aruba en Curaç naar Amsterdam. Deze maatschappijen waren echter niet in staat om een winstgevende operatie uit te voeren en zijn van het toneel verdwenen.


(c) Reismedia / ANP