De regering heeft vrijdagmiddag (14 februari) besloten de aanwezigheid van zes Nederlandse F-16s van de Koninklijke Luchtmacht in Manas (Kirgizië) te verlengen voor een periode van zes maanden. Dit gebeurt op verzoek van de Verenigde Staten. In eerste instantie zouden de F-16s tot 1 april op de luchthaven van Manas gestationeerd blijven in het kader van operatie Enduring Freedom. De KDC-10, het tankvliegtuig van de Koninklijke Luchtmacht, keert wel op 1 april terug naar Nederland. De militaire opdracht en de afspraken over de operationele inzet van de F-16s blijven gedurende de verlenging ongewijzigd. De zes Nederlandse F-16s hebben de afgelopen weken deelgenomen aan diverse luchtoperaties boven Afghanistan. Ze hebben door hun fysieke aanwezigheid een afschrikkende invloed uitgeoefend op al-Qaida en Taliban-eenheden die slaags waren geraakt met grondtroepen van de internationale coalitie in "Enduring Freedom". Ook hebben de F-16s enige malen wapens moeten gebruiken op door grondtroepen aangewezen doelen. In totaal hebben ze tot nu toe ongeveer 350 missies gevlogen. Denemarken nam al eerder het besluit zijn aanwezigheid op Manas te verlengen met zes maanden terwijl Noorwegen naar verwachting binnenkort een besluit neemt. Het fregat Hr.Ms. Van Nes en het patrouillevliegtuig P-3C Orion van de Koninklijke Marine zijn vooralsnog nog steeds toegezegd tot 1 juli. De Hr.Ms. Van Nes is actief in de wateren rondom het Arabische schiereiland. Het schip heeft verschillende escortes en ongeveer 60 boardings uitgevoerd. Daarbij zijn geen verdachte goederen of personen aangetroffen. De P-3C Orion voert sinds kort vluchten uit boven Afghanistan, zoals Defensieminister Kamp al aangekondigde in de kamerbrief van 20 december 2002. Daarnaast voert de P-3C Orion reguliere taken uit in het kader van inlichtingenvergaring en de escortering van maritieme operaties in het gebied van Central Command. Sinds juli 2002 heeft het toestel bijna 100 vluchten uitgevoerd.