SCHIPHOL - Het werk van een luchtvaarttechnicus moet worden gekwalificeerd als een ‘zwaar beroep’. Daarvoor pleit de Nederlandse Vereniging van Luchtvaarttechnici (NVLT). Volgens de vakbond voldoet het beroep aan alle eigenschappen om in aanmerking te komen voor de kwalificatie.
Er zijn plannen om mensen met een ‘zwaar beroep’ eerder met pensioen te laten gaan. “De mogelijkheid om eerder met AOW te kunnen moet naar onze mening voor de Luchtvaarttechnici gecreëerd worden”, stelt het bestuur van de NVLT.
Het werk van een vliegtuigtechnicus is volgens de NVLT fysiek zwaar omdat met name lijnonderhoud het hele jaar door in alle weersomstandigheden wordt uitgevoerd. “Er bestaat geen vorstverlet.” Ook zijn onderdelen vaak groot en zwaar, waardoor met name de rug fors belast wordt.
De NVLT wijst er ook op dat het werk mentaal zwaar is omdat onder tijdsdruk iedere dag veiligheidsbeslissingen genomen moeten worden. Daarnaast is het werk risicovol omdat technici worden blootgesteld aan schadelijke stoffen, zoals uitlaatgassen van vliegtuigmotoren, TCP’s, chroom 6, oliën, vetten en brandstof. Ook moet regelmatig op hoogte worden gewerkt.
Tot slot wordt gewezen op het zware arbeidsregime waar luchtvaarttechnici mee te maken hebben. “Luchtvaarttechnici werken in ploegendienst en dus overdag, in de avond, in de nachten en in de weekenden.” Luchtvaartmaatschappijen plannen onderhoud veelal in de nachten omdat de vliegtuigen dan meestal aan de grond staan.
Andere beroepen die als ‘zwaar’ aangemerkt worden zijn onder meer metaalarbeider, verpleegkundige, bouwvakker en vrachtwagenchauffeur.