LUXEMBURG - Vliegtuigpassagiers die met meer dan drie uur vertraging op de eindbestemming aankomen, kunnen recht hebben op een vergoeding van de luchtvaartmaatschappij. Alleen bij buitengewone omstandigheden geldt dat principe niet. Het Europees Hof van Justitie heeft deze nieuwe regel donderdag (19 november) vastgesteld.
Een EU-wet bepaalt nu alleen dat passagiers recht hebben op een compensatie van 250 à 600 euro bij annulering van de vlucht. Rechters uit Duitsland en Oostenrijk hadden het EU-Hof gevraagd of een vertraging van ruim 22 uur ook beschouwd kan worden als een annulering.
Het Europees Hof oordeelt dat “passagiers waarvan de vlucht vertraagd is, een vergelijkbare schade lijden, namelijk tijdverlies” als passagiers waarvan de vlucht kort voor vertrek wordt geannuleerd.
“Het zou niet gerechtvaardigd zijn passagiers van vertraagde vluchten anders te behandelen wanneer zij hun eindbestemming drie of meer uur na de oorspronkelijk geplande aankomsttijd bereiken.”
(c) ANP
Een EU-wet bepaalt nu alleen dat passagiers recht hebben op een compensatie van 250 à 600 euro bij annulering van de vlucht. Rechters uit Duitsland en Oostenrijk hadden het EU-Hof gevraagd of een vertraging van ruim 22 uur ook beschouwd kan worden als een annulering.
Het Europees Hof oordeelt dat “passagiers waarvan de vlucht vertraagd is, een vergelijkbare schade lijden, namelijk tijdverlies” als passagiers waarvan de vlucht kort voor vertrek wordt geannuleerd.
“Het zou niet gerechtvaardigd zijn passagiers van vertraagde vluchten anders te behandelen wanneer zij hun eindbestemming drie of meer uur na de oorspronkelijk geplande aankomsttijd bereiken.”
(c) ANP