GENÈVE - De International Air Transport Association (IATA) heeft donderdag regeringen opgeroepen via burgerluchtvaartorganisatie ICAO in te stemmen met strengere regels voor gedrag van passagiers aan boord van vliegtuigen. IATA heeft aanpassingen voorgesteld van de Conventie van Tokio uit 1963, waaronder hogere boetes voor misdragingen. Wereldwijd maken airlines elke week melding van rond de 300 incidenten met opstandige passagiers.
"Balsturige passagiers vormen een zeer kleine minderheid", zei CEO Tony Tyler van IATA, "maar onacceptabel gedrag kan grote gevolgen hebben voor iedereen aan boord." In uitzonderlijke gevallen maken vliegtuigen een tussenlanding en komt het tot arrestatie van de amokmakers, maar meestal gebeurt dit niet. Te vaak, zo vindt IATA, komen passagiers weg met het beledigen of belagen van de cabin crew en/of van medepassagiers.
Jurisdictie
Een van de factoren die daarbij een rol speelt is de jurisdictie: vliegtuigen bevinden zich gedurende het grootste deel van de vlucht in een internationaal luchtruim, waarbij het onduidelijk is welke wetten er gelden, van welk land.
IATA wil nu dat aan boord van een vertrekkend vliegtuig meteen de wetgeving telt van het bestemmingsland. Indien passagiers zich tijdens de vlucht hebben misdragen zullen ze na aankomst worden berecht volgens de regels in het betreffende land.
IATA stelt ook voor een betere definitie te geven van het begrip 'onhandelbaar gedrag' (unruly behaviour). Het dreigen met geweld en het niet opvolgen van veiligheidsinstructies moeten hier ook onder vallen, vindt de brancheorganisatie.
IATA pleit voorts voor betere regels om de eventuele kosten als gevolg van misdraging, zoals een noodgedwongen tussenlanding, te verhalen op de daders.
Van onze redactie