De Bergingsdienst van de Koninklijke Luchtmacht begint maandag 8 september met de berging van een Britse Stirling bommenwerper in de gemeente Opmeer (Noord-Holland). Het toestel werd in de nacht van 11 mei 1941 door een Duitse nachtjager neergeschoten. De berging wordt samen met de Explosieven Opruimingsdienst (EOD) van de luchtmacht en de Bergings- en Identificatiedienst van de Koninklijke Landmacht uitgevoerd. De Stirling bommenwerper met zeven bemanningsleden was op 11 mei 1941 op een bombardementsmissie naar Berlijn toen hij werd neergehaald. Eén van de bemanningsleden werd later aangetroffen op ruim tweehonderd meter van de locatie waar het toestel neerstortte. Hij is begraven op het geallieerde ereveld in Bergen (Noord-Holland). De overige zes bemanningsleden zijn nog steeds vermist. Aangenomen wordt dat hun stoffelijke resten zich nog in de bommenwerper bevinden. Naar aanleiding van rapporten en ooggetuigenverklaringen, bestaat de mogelijkheid dat een gedeelte van de bommenlast van de vijf zogenoemde duizendponders en 9500 ponds ´high explosive´ bommen zich op het moment van de crash nog aan boord van het vliegtuig bevonden.