WASHINGTON - Vliegtuigbouwer Boeing heeft een gevoelige nederlaag geleden in de zaak die het had aangespannen tegen de introductie van de Bombardier CSeries in de Verenigde Staten. De U.S. International Trade Commission heeft geheel tegen de verwachting in de zaak verworpen, zodat hoge invoerrechten op de CSeries van de baan zijn.
Boeing tekende bij de Amerikaanse autoriteiten protest aan tegen de introductie van de CSeries in de VS, omdat het toestel alleen dankzij hoge Canadese en Britse overheidssubsidie ontwikkeld kon worden. Daardoor lagen torenhoge invoerrechten op het Canadese toestel in het verschiet, zodat het toestel praktisch onbetaalbaar zou worden.
Aanleiding voor Boeings protest tegen de CSeries was een omvangrijke order van Delta Air Lines voor 75 CS100's. De handelscommissie heeft nu geheel tegen de verwachting in de zaak verworpen en oordeelde unaniem dat Boeing geen materiële schade heeft ondervonden van de Delta-order bij Bombardier.
Bombardier heeft verheugd gereageerd op de uitspraak, en noemt het een “overwinning voor innovatie, concurrentie en de regel van de wet.” En: "Het is ook een overwinning voor Amerikaanse airlines en het reizende publiek." Ook Delta is content dat het de CS100 met 110 stoelen binnenkort definitief in kan zetten. De maatschappij benadrukt nogmaals dat Boeing geen rendabel alternatief voor dat toestel kan bieden.
Om de invoerrechten te omzeilen was Bombardier van plan om de CSeries in samenwerking met partner Airbus te gaan assembleren in de Verenigde Staten. Airbus-topman Tom Enders zei dat die plannen ook na het ITC-besluit worden voortgezet. Airbus nam in oktober een meerderheidsaandeel in het CSeries-project.