GENEVE - Het passagiersvervoer zit wereldwijd in de lift. In maart was volgens brancheorganisatie IATA sprake van een groei van 7,6 procent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Wel blijven volgens IATA de opbrengsten - de yields - achter bij de gestegen brandstofprijzen, zodat de maatschappijen 'onder de streep' nauwelijks profiteren van de groei.

De vergelijking met het passagiersvervoer in maart gaat deels mank, omdat in maart 2011 sprake was van afnemende reizigersaantallen door de onrust in de Arabische wereld en de tsunami in Japan. Maar ook zonder het effect van deze gebeurtenissen zou er volgens IATA nog altijd sprake zijn van een groei van vijf tot zes procent. De gemiddelde bezettingsgraad steeg bovendien met 2,4 procentpunten naar 78,3 procent.

De toename van het vrachtvervoer was in maart met 0,3 procent klein. Maar, stelt IATA, vorig jaar was in maart sprake van extra vrachtvervoer omdat het Chinese Nieuwjaar toen in februari plaatsvond. Dit jaar viel deze feestdag al in januari, waar het vrachtvervoer in februari vervolgens weer van profiteerde. En ten opzichte van die maand groeide het vrachtvervoer in maart 2012 met 2,2 procent.

Brandstofprijs
De aanhoudend hoge olieprijs blijft een probleem voor luchtvaartmaatschappijen. Volgens IATA slokken brandstofkosten inmiddels 34 procent van de operationele kosten van luchtvaartmaatschappijen op. De afgelopen veertien maanden is de olieprijs boven de honderd dollar per vat gebleven en sinds januari is de olieprijs met acht procent gestegen.

“We hebben niet eerder zo’n lange periode van hoge olieprijzen meegemaakt”, zegt IATA-topman Tony Tyler. Ter vergelijking: in 2008 steeg de olieprijs weliswaar van 90 dollar per vat in januari naar 147 dollar in juli, maar zakte vervolgens terug naar minder dan 50 dollar in november van dat jaar.

Van onze redactie