AMSTERDAM - KLM en Kenya Airways vierden dinsdagavond hun vijftienjarige joint venture. Tijdens een bijeenkomst in het Rijksmuseum in Amsterdam presenteerden de nieuwe CEO's van beide maatschappijen - Pieter Elbers en Mbuvi Ngunze - zich aan pers, corporate accounts en de reisindustrie. In een periode van perikelen binnen de Air France-KLM Group bleef de voor KLM belangrijke joint venture met Kenya Airways vaak onderbelicht. Beide nieuwe topmannen wilden dinsdag dan ook maar wat graag onderstrepen dat het erg goed gaat binnen de joint venture.
Kenya Airways is met de hulp van KLM in staat om bestemmingen zoals Livingstone in Zambia aan te doen, iets wat de maatschappij op eigen kracht niet zou zijn gelukt.
Uit het verhaal van beide nieuwelingen in de top van hun airlines is op te maken dat de relatie tussen beide maatschappijen een gelukkig en welvarend huwelijk is. Air France heeft geen direct aandeel in de investeringen die KLM ooit deed in de Afrikaanse maatschappij.
Voor Elbers was de bijeenkomst een van de eerste momenten dat hij zich naar buiten presenteerde als president en CEO van KLM. Elbers was in zijn antwoorden kundig, to the point en goed ingevoerd in Kenya Airways, de maatschappij waarin KLM een aanzienlijk aandeel van ruim 26 procent heeft. Dat Elbers goed is ingevoerd in Kenya Airways is niet vreemd: hij is member of the board van de Afrikaanse maatschappij.
Niet anders was het optreden van Kenya Airways topman Mbuvi Ngunze. Uit niets bleek bij het beantwoorden van de meest uiteenlopende vragen dat hij pas drie jaar actief is in de luchtvaart, en op 1 december officieel aantreedt als president en CEO. Kundig en met een groot gevoel voor humor gaf Ngunze uitleg over de vloot en plannen en het route netwerk.
"De KLM-investering in Kenya Airways is er een die goed uitpakt voor beide partijen. KLM verdient geld op de investering in Kenya Airways", meldt Elbers. Beide maatschappijen vliegen ieder dag tussen Amsterdam en Nairobi waardoor er sprake is van een 'double daily connection', eenmaal met de Boeing 747-400 van KLM en de andere met de Boeing 777-300 van Kenya Airways. Gezamenlijk worden op de route zo'n 1 miljoen passagiers per jaar vervoert. Dat is omgerekend 342 passagiers per vlucht bij een gemiddelde capaciteit van zo’n 400 stoelen per vlucht. De omzet op de route is volgens Elbers 500 miljoen euro per jaar. Van de 1 miljoen passagiers vliegt ongeveer 35 procent point-to-point Amsterdam - Nairobi. De overige 65 procent zijn transferpassagiers die vanuit de Nairobi-hub verder vliegen binnen Kenia of naar een van de bestemmingen in Oost-Afrika.
Dreamliner
Mbuvi Ngunze: "Voor ons is het inzetten van de Boeing 777-300 het ideale toestel op de route in termen van het matchen van de vraag. De 787 is te klein voor deze route, wie met de Dreamliner naar Nairobi wil vliegen moet via Parijs gaan." Kenya Airways beschikt over een jonge vloot waarbij de 767 plaats heeft gemaakt voor de 787-8. Verder vliegt de maatschappij met Boeing 777-200ER’s, 737-800/700/300's en Embraer 190's. Er zijn wat dat betreft grote overeenkomsten met de KLM-vloot.
Beide maatschappijen zoeken voortdurend naar optimalisatie van de capaciteit. Dit blijkt onder andere door de keuze van KLM om te stoppen met vluchten naar Lusaka en Harare en die aan te vliegen via de Nairobi-hub met Kenya Airways. "De optimalisatie vindt plaats op commercieel, promotioneel, routeoptimalisatie en dienstregeling gebied voor zowel passagiers als vracht", meldt Elbers desgevraagd aan Reismedia. Er vindt geen samenwerking plaats op het gebied van bijvoorbeeld gezamenlijke inkoop.