EDINBURGH - Europese luchtvaartmaatschappijen leunen in toenemende mate op ingehuurde vliegtuigen. De afgelopen jaren groeide het aantal vluchten dat wordt uitgevoerd door externe partijen naar negenduizend per dag, blijkt uit cijfers van Bombardier.
Vooral regionale vliegtuigen (46 procent) worden op grote schaal ingezet. Zo voeren maatschappijen als CityJet, Air Nostrum, Carpatair en Nordica structureel vluchten uit in opdracht van grote luchtvaartmaatschappijen, waaronder Lufthansa, SAS, Brussels Airlines en KLM.
Volgens Ryan DeBrusk, Vice President Commercial Aircraft Sales in Europa, maken grote maatschappijen gebruik van de flexibiliteit van externe partijen om voor korte of langere periodes aan vliegtuigen en bemanningen te komen.
“Wat opvalt is dat veel bedrijven niet kiezen voor oude toestellen, maar zeker voor langere leases willen beschikken over modern materieel.” Gemiddeld zijn toestellen op de ACMI-markt twaalf jaar oud, tegenover dertien jaar bij de eigen regionale vloot van grote luchtvaartmaatschappijen. “Dan wordt de klant niet verrast met een totaal ander product.”
De ACMI (Aircraft, Crew, Maintenance & Insurance) markt in Europa wordt gedomineerd door toestellen van Bombardier (52 procent), gevolgd door ATR (30 procent) en Embraer (7 procent). Ook wordt door sommige partijen nog gebruik gemaakt van Fokkers.
Zo vliegen Carpatair en Trade Air dit zomerseizoen met Fokker 100’s voor KLM, maakt Adria Airways gebruik van een Fokker 100 van Carpatair en zet Helvetic Fokker 100’s in voor Lufthansa. “Wij zijn tevreden over de operatie”, zegt KLM Cityhopper-baas Warner Rootliep tegen Luchtvaartnieuws Magazine. KLM koos voor Carpatair toen onverwacht extra slots vrijkwamen op Schiphol, die niet met eigen machines en personeel van KLM Cityhopper konden worden ingevuld.
Onlangs vond binnen Europa een grote consolidatie plaats, toen het Ierse CityJet en het Spaanse Air Nostrum besloten te fuseren.