WASHINGTON - De Amerikaanse organisatie voor de veiligheid van vervoer (TSA) scoort met haar nieuwe veiligheidsmaatregelen geen punten bij vlieginstructeurs en vliegscholen. De TSA wil dat met ingang van woensdag (27 oktober) alle buitenlandse leerlingen uitgebreid gescreend worden voordat ze aan de eerste vliegles mogen beginnen.

Vliegscholen noemen de maatregelen overdreven en vinden dat ze opgezadeld worden met eisen die niemand van ze mag verwachten.

De Transportation Security Administration eist van de scholen en zelfstandig werkende instructeurs dat buitenlandse studenten aan een onderzoek worden onderworpen. Er moet een kopie van het paspoort naar de TSA, een vingerafdruk, visa-informatie en gegevens over het vliegverleden van de student. Ook moet de vliegdocent een foto maken van de leerling. Op basis van de opgestuurde informatie bepaalt de TSA of de student in kwestie daadwerkelijk de lucht in mag. De nieuwe maatregel gaat gepaard met een aanmeldingstoeslag van 130 dollar (ruim honderd euro).

Buitenlandse piloten die hun opleiding al hebben afgerond ontkomen ook niet aan de nieuwe regelgeving. Ze moeten vanaf half december de benodigde gegevens afgeven zodra hun licentie verloopt of zodra ze bijscholing krijgen voor de overstap naar een ander vliegtuigtype. Dit geldt ook voor niet-Amerikaanse piloten die bij (grote) luchtvaartmaatschappijen in de VS werken.

De vliegscholen en instructeurs hebben hun kritiek laten horen tijdens een bijeenkomst in Long Beach. Ze vinden dat ze door de TSA ongevraagd tot douaniers benoemd worden. Ook zijn ze bang dat de wachttijden die door de maatregelen ontstaan geïnteresseerden afschrikt om te vliegen. Daarnaast vinden ze dat hun lesvliegtuig niet gezien moet worden als potentieel middel van terroristen om aanslagen te plegen.

De TSA zegt precies in kaart te willen brengen wie er allemaal gebruik maakt van het Amerikaanse luchtruim.