DEN HAAG - Het vliegtuig van de Antilliaanse luchtvaartmaatschappij Divi Divi Air dat op 22 oktober 2009 een noodlanding moest maken op zee, was overbeladen. Dat stelt de Onderzoeksraad Voor Veiligheid dinsdag op basis van een onderzoek naar het ongeluk. Bij de landing op het water voor de kust van Bonaire kwam de piloot van de Britten-Norman Islander om.

Het onderzoek heeft volgens de Raad verder aangetoond dat het management van Divi Divi Air “onvoldoende toezicht heeft gehouden op de veiligheid van onder andere de vluchtuitvoering met de Britten-Norman Islanders”. De maatschappij had daardoor onvoldoende aandacht voor de risico's van overbelading, meldt het rapport.
Uit een steekproef van uitgevoerde vluchten blijkt volgens de Raad dat de maximaal toegestane start- en landingsgewichten bij Divi Divi ‘stelselmatig werden overschreden’. Het bedrijf ging uit van te lage gemiddelde passagiersgewichten.

Motoruitval
De BN-2 Islander die op 22 oktober 2009 verongelukte was negen procent overbeladen. Het toestel kon daardoor niet op hoogte blijven toen tijdens de vlucht van Curaçao naar Bonaire de rechtermotor uitviel. De negen passagiers konden zich in veiligheid brengen en werden door boten uit het water gehaald, maar de piloot verdronk.

In het onderzoeksrapport stelt de Raad verder vast dat de toenmalige toezichthouder voor de burgerluchtvaart in de Nederlandse Antillen, de Directie Luchtvaart, beperkt toezicht hield op de bedrijfsvoering van Divi Divi Air. Het hoger standaard passagiersgewicht dat na het ongeluk werd ingesteld, biedt nog steeds “onvoldoende zekerheid tegen overschrijding van het maximaal toegestane startgewicht bij Britten-Norman Islanders van Antilliaanse luchtvaartmaatschappijen”, zo rapporteren de onderzoekers.

De Raad zegt zich ernstige zorgen te maken over het toezicht op de burgerluchtvaart in Curaçao, ondanks een actieprogramma dat in 2009 is opgesteld te verbetering van de vliegveiligheid.

Van onze redactie