LONDEN - Twee amper elf jaar Boeing 777-200LR's uit de vloot van Etihad Airways gaan nooit meer vliegen. De ultra longhaul-toestellen zijn aangeschaft door het Britse AJW Group, dat ze laat ontmantelen en de bruikbare onderdelen doorverkoopt. Het is voor het eerst dat er 777LR's worden gesloopt.
Eén van de toestellen, de in 2007 gebouwde 777LR met de registratie A6-LRC, is op 12 januari in het Engelse Cotswold gearriveerd. Binnenkort moet nog een tweede toestel volgen. De Britse specialist Air Salvage is verantwoordelijk voor de ontmanteling.
De vijf Boeing 777-200LR’s in de Etihad-vloot staan al bijna een jaar werkeloos aan de grond. De toestellen vlogen eerder voor Air India maar werden in 2014 door Etihad overgenomen. Vanwege het schrappen van routes naar Noord-Amerika werden de LR’s overbodig bij de reorganiserende Arabische airline.
De Long Range-variant van de Boeing 777-200 werd in 2006 onder de naam Worldliner op de markt gebracht en onderscheidde zich vanwege het grote vliegbereik van ruim 15.800 kilometer, mogelijk gemaakt door extra brandstoftanks en dezelfde geavanceerde vleugel als de grotere Boeing 777-300ER. Daardoor is het type uitermate geschikt voor het vervoer van ruim 300 passagiers over lange afstanden.
In vergelijking met overige versies van de Boeing 777 was de LR-versie niet bijzonder succesvol. Er werden slechts 59 exemplaren gebouwd voor luchtvaartmaatschappijen als Emirates, Qatar Airways, Delta Air Lines, Ethiopian Airlines, Air Canada en Air India.
Daar staat tegenover dat de Boeing 777LR aan de basis stond van de in 2008 gepresenteerde Boeing 777F. De vrachtversie van de Triple Seven scoorde ruim tweehonderd orders van diverse vrachtvervoerders.
De Boeing 777LR die nu wordt gesloopt leeft in de toekomst verder, doordat een groot aantal onderdelen kan worden hergebruikt in bestaande Boeing 777F’s en 777-300ER’s.
