SCHIPHOL - Het aantal boekingen voor binnenlandse vliegverkeer is in de Verenigde Staten voor de tweede opeenvolgende maand gedaald. Er lijkt een verband te bestaan met de prijs van de tickets die 30 procent hoger is dan in 2019.
Het aantal verkochte reizen was in mei 2,3 procent lager dan in april, toen de teruggang, ten opzichte van maart, nog veel groter was: 17 procent. Dit blijkt uit data verzameld door softwarebedrijf Adobe.
De afkalving van de markt vindt plaats op een moment dat ook in de Verenigde Staten de restricties op het gebied van corona vrijwel geheel zijn verdwenen en er geen belemmeringen meer zijn om te vliegen.
Maar de prijs lijkt het het grootste struikelblok, een ticket voor een domestic flight kost nu gemiddeld 30 procent meer dan in 2019. De totale uitgaven aan vluchten steeg in mei daarom wel en lag 6,2 procent hoger dan in april en kwam uit op 8,3 miljard dollar.
Geen zin
Adobe Digital Insights schrijft in een rapportage: “Sommige consumenten accepteren de hogere tarieven, vooral diegenen die hun reisplannen hebben uitgesteld wegens de pandemie. Maar de daling in het aantal boekingen toont aan dat anderen hun zin om in het vliegtuig te stappen aan het heroverwegen zijn."
Over de gehele linie draaien Amerikaanse luchtvaartmaatschappijen financieel weer goed. In de eerste vijf maanden van 2022 ging er voor 37 miljard dollar aan tickets over de toonbank, het dubbele van dezelfde periode in 2021.
