HOOFDDORP – De Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW) neemt in een persbericht afstand van het artikel in de Telegraaf van 12 februari, waarin wordt gesuggereerd dat de IVW onzorgvuldig heeft gehandeld inzake het verlenen van vergunningen aan Air Holland. Ook wordt de integriteit van een medewerker van de IVW in twijfel getrokken. Het artikel suggereert volgens de Inspectie dat “de IVW de financiële situatie van Air Holland onvoldoende heeft onderzocht." “In het kader van de beoordeling van vergunningaanvragen en -verlengingen wordt de financiële situatie van de luchtvaartmaatschappijen gevolgd. Dit om vast te stellen of de maatschappij aan veiligheidseisen kan voldoen. Dit is ook bij Air Holland gebeurd en gaf tot op heden geen aanleiding tot intrekking van de vergunning. De IVW blijft vanzelfsprekend de zorgwekkende financiële situatie van Air Holland op de voet volgen,” zo meldt de IVW. Volgens de IVW wordt de indruk gewekt dat een medewerker van de IVW die bij Air Holland heeft gevlogen de maatschappij bij een vergunningaanvraag heeft bevoordeeld. “Om te kunnen voldoen aan internationale eisen van vliegvaardigheid, dienen de vlieginspecteurs van de IVW regelmatig te vliegen. Hierdoor houden zij hun kennis op peil en zijn zij een gelijkwaardige gesprekspartner voor geïnspecteerde organisaties en personen. Om dit mogelijk te maken, zijn met verschillende luchtvaartmaatschappijen, waaronder Air Holland, contracten gesloten. De vlieg-inspecteurs ontvangen voor deze vluchten overigens géén salaris van de maatschappijen waarvoor gevlogen wordt. Van bevoordeling in het verlengen van de vergunning van Air Holland is geen sprake,” aldus de Inspectie. Zie ook: