DRIEBERGEN - “Laatst heb ik wat korte vluchten gemaakt”, schrijft Luchtvaartnieuws.nl-lezer Danny. “Wat me opviel was dat er voor een korte vlucht van minder dan vijftig minuten evengoed geklommen werd naar 35.000 voet. Ik kan me haast niet voorstellen dat het economischer is om eerst zo hoog te klimmen en daarna bijna meteen te dalen, in plaats van een iets lagere kruishoogte te nemen. Hoe zit dat?”


Een hoogte van 35.000 voet komt overeen met een kleine elf kilometer, de hoogte die piloten meestal ook voor lange vluchten handhaven. Luchtvaartnieuws.nl vroeg verkeersvlieger Paul Melkert waarom piloten ook op korte vluchten vaak zo lang blijven klimmen.

“Het lijkt dan misschien onwaarschijnlijk, maar het is toch echt economischer”, zegt Melkert. “Ik heb de getallen opgezocht voor een vlucht met een MD-11 over een afstand van 300 mijl, dat komt zo ongeveer overeen met de genoemde vliegtijd van vijftig minuten.” Een vlucht van 300 mijl (480 kilometer) kan bijvoorbeeld die tussen Schiphol en Manchester in Groot-Brittannië zijn.

Melkert: “Als de vlucht op 11.000 voet (3.400 meter) zou worden uitgevoerd, is daar 7.300 kilo brandstof voor nodig. De vliegtijd bedraagt dan 56 minuten. Doorklimmen naar 35.000 voet en vrijwel direct weer dalen kost 6.100 kilo brandstof, 1.200 kilo minder dus; en duurt met 47 minuten ook nog eens negen minuten korter. Het mes snijdt dus aan twee kanten, en dat is inderdaad de reden.”

Op een hoogte van bijvoorbeeld 28.000 voet (8.500 meter) is het verschil met 35.000 voet kleiner, maar volgens Melkert nog steeds de moeite waard. “Kruisen op 28.000 voet levert een vliegtijd van 48 minuten en een verbruik van 6.350 kilo brandstof op. Dat is dus een minuut langzamer dan doorklimmen naar 35.000 voet, en het kost ook nog eens 250 kilo brandstof extra.”

Klik voor eerdere Luchtvaartvr@gen.