En dan…CBT voor de Boeing 737 op Schiphol. Het ‘echte’ werk. Opeens hangen er twee echte jets aan m’n vleugel, tank ik - eindelijk - kerosine, en bevindt de staart zich 33 meter van de cockpit vandaan. Voor de walk-around trek ik vanaf nu rustig twee weken uit.
In een soort stem-hokje met de afmetingen van een magnetron zitten we te studeren. Vorige week stonden onder andere de elektrische systemen en het landingsgestel op het programma. Een vriendelijke Engels sprekende Duitse vrouw praat 1436 slides vol.
“The galley power switch provides electric power to the galleys, for their most important system: the coffeemachine”. We zijn nu al vrienden.
Daags later de simulator. Knoppen zoeken. Kerstboomverlichting. Gewapend met 'flashcards' waarop al onze noodscenario's en procedures uitgeschreven staan, neem ik plaats op de rechterstoel. Het is 'buiten' donker en er hangen donkere wolken boven ons, baan 18L. Ik voel hoe de motion op de sim gezet wordt.
M'n ogen poppen uit hun kassen zodra ik in de verte zelfs daadwerkelijk auto's zie rijden over de snelweg. Wanneer ik in take-off ga, voor 't eerst m'n hand op de throttles leg, en ik mijzelf achter in m'n stoeltje gedrukt voel worden, is 't opeens zo realistisch. Mijn crewmate telt af: "V1, rotate", en ik trek de kist langzaam van 't asfalt los. Van achter in de kleine cabine roept m'n instructeur allerlei zaken naar me, dat ik beter niet moet sturen als ware ik in een F-16, en dat er meer knopjes en indicatoren zijn dan het Primary Flight Display, waar mijn ogen aan gekluisterd zijn. Eenmaal door de wolken heen mag de automaat erop, en ontspannen de armspieren zich. Ik zie nu ook zelfs sterren aan de hemel staan.
't Genieten is van korte duur; nog geen twee minuten later valt de druk in de cabine weg, en mogen we de vlucht vervolgen met zuurstofmaskers op. Emergency descent, met 7000 ft per minuut naar beneden.
Eenmaal terug op de baan krijgen we een mini-evaluatie en gaan we opnieuw de lucht in. Ditmaal, vlak voordat we roteren, een woeste engine-seizure, de rechter motor houdt ermee op. Een intense klap, ik druk van de schrik bijna m'n aircopacks op het overhead panel uit. Cockpit silence, rustig doorvliegen, en eenmaal op 400 voet troubleshooten. Doorklimmen naar 2000 ft, motor afsluiten en terug naar Amsterdam. Laatste voorbereidingen, baan in zicht en het verplaatsen van de focus in het vliegtuig op de instrumenten naar buiten - het einde van de baan. 'Positive landings' is wel mijn ding, heb ik al gemerkt. Staat garant voor rode wangen na afloop.
Christa Kloosman