DEN HAAG - Bij de berging van de op 25 februari bij Schiphol verongelukte Boeing 737 van Turkish Airlines is ook meegewerkt door het Explosieven Opruimings Commando (EOCKL) van de Koninklijke Landmacht. Omdat de EOCKL over speciale apparatuur beschikt, kon zij ontbrekende delen van het vliegtuig diep in de grond detecteren. Dat meldt het ministerie van Defensie.
Op ongeveer een meter diepte vond de EOCKL de nog ontbrekende delen van het neuswiel in de klei. Verder vond het team ook resten van wat waarschijnlijk een cabinedeur is geweest. De EOCKL beschikt over de expertise en uitrusting om tot zes meter diep aluminium en ijzer te detecteren.
De opgegraven resten zijn gefotografeerd, gelabeld en net als de rest van de wrakstukken overgebracht naar een speciale hangar op Schiphol-Oost. Het forensisch onderzoeksteam zal verder onderzoek doen naar de opgegraven onderdelen.
Op ongeveer een meter diepte vond de EOCKL de nog ontbrekende delen van het neuswiel in de klei. Verder vond het team ook resten van wat waarschijnlijk een cabinedeur is geweest. De EOCKL beschikt over de expertise en uitrusting om tot zes meter diep aluminium en ijzer te detecteren.
De opgegraven resten zijn gefotografeerd, gelabeld en net als de rest van de wrakstukken overgebracht naar een speciale hangar op Schiphol-Oost. Het forensisch onderzoeksteam zal verder onderzoek doen naar de opgegraven onderdelen.