MAASTRICHT - Boeing staat voornamelijk bekend als bouwer van commerciële en militaire vliegtuigen. Daarnaast produceert de Amerikaanse onderneming onder andere raketten en satellieten. Minder bekend is dat Boeing ook actief is in de luchtverkeersleiding, onder andere door middel van een samenwerking met LVNL en betrokkenheid bij het Europese Sesar-project. Luchtvaartnieuws bezocht de Boeing-stand tijdens de ATC-beurs in Maastricht.
De luchtverkeersleidingsactiviteiten van Boeing staan sinds een jaar bekend als Boeing Advanced Air Traffic Management (ATM). Voorheen was het een onafhankelijke dochteronderneming van Boeing. Sinds begin 2004 is het bedrijfsonderdeel ondergebracht bij Phantom Works, de onderzoeks- en ontwikkelingsdivisie van Boeing.
Een belangrijke taak waarmee Boeing ATM zich bezighoudt is de capaciteit van het wereldwijde luchtverkeersleidingssysteem te vergoten, juist in een periode waarin het luchtverkeer explosief groeit. Vertragingen als gevolg van overbelaste luchtverkeersleidingssystemen zijn aan de orde van de dag. Maar door het verbeteren van procedures kan er veel verbeteren, denkt topman Kevin Brown van Boeing ATM.
Op Schiphol kunnen ze erover meepraten. Daarom werd al in 2002 een ontwikkelingsovereenkomst getekend tussen Boeing en Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL) voor de ontwikkeling van een aantal concepten op het gebied van veiligheid, efficiency en milieugebonden aspecten op en rond de luchthaven Schiphol.
Zo is de zogenaamde Continued Descent Approach (CDA) op Schiphol getest. Dit is een landingsprocedure waarbij vliegtuigen vanaf grote hoogte continu dalen tot het moment van landen. Een horizontale vlucht, waarbij meer motorvermogen wordt gebruikt, wordt zo vermeden. “De motoren kunnen tijdens deze procedure ‘stationair’draaien”, zegt Brown. “En dat scheelt voor de maatschappijen een hoop brandstofverbruik en voor de omgeving geluidsoverlast”, zo geeft hij de voordelen van deze landingsmethode aan.
Een andere manier om vertragingen terug te dringen en vooral om vliegtuigen zuiniger te laten vliegen zijn de ‘tailored arrivals’. Dit systeem vervangt de gebruikelijke mondelinge instructies voor toestemming tot landen van de luchtverkeersleiding door elektronische instructies. Gevolg: minder tijdsdruk en een meer geleidelijke daling. “Het tailored arrival concept zorgt ervoor dat maatschappijen en luchtverkeersleidingsdiensten efficiënter kunnen werken en luchthavens ‘betere buren’ kunnen zijn”, zegt Brown.
Hij geeft aan dat de modernisering van de luchtverkeersleiding het niet zo zeer een kwestie is van het ontwikkelen van nieuwe technologieën, maar meer het toepassen van bestaande programma’s in de praktijk. De procedures waren al langer bekend, maar het toepassen in de praktijk ontbrak er nog aan.
Hoe vervelend verkeersleiding-gerelateerde vertragingen ook zijn voor de luchtreiziger, helemaal te voorkomen zijn ze niet. “Maar de vertragingen zijn met de toepassing van nieuwe procedures, betere planning en een betere samenwerking tussen de diverse betrokken partijen wel zoveel mogelijk te beperken”, zegt Brown, die er aan toevoegt dat het in de toekomst bovendien veiliger zal worden in de lucht.
Boeing ATM is ook betrokken bij de ontwikkeling van Sesar (Single European Sky ATM Research, voorheen Sesame). Dit project moet binnen vijftien jaar leiden tot de vurig gewenste ‘Single European Sky’, in plaats van de huidige lappendeken van luchtverkeersleidingsorganisaties die Europa is. In Sesar wordt onder meer samengewerkt met de Air Traffic Alliance (bestaande uit EADS, Airbus en Thales) en de Amerikaanse bedrijven Rockwel Collins en Honeywell.
Door Niek Vernooij
De luchtverkeersleidingsactiviteiten van Boeing staan sinds een jaar bekend als Boeing Advanced Air Traffic Management (ATM). Voorheen was het een onafhankelijke dochteronderneming van Boeing. Sinds begin 2004 is het bedrijfsonderdeel ondergebracht bij Phantom Works, de onderzoeks- en ontwikkelingsdivisie van Boeing.
Een belangrijke taak waarmee Boeing ATM zich bezighoudt is de capaciteit van het wereldwijde luchtverkeersleidingssysteem te vergoten, juist in een periode waarin het luchtverkeer explosief groeit. Vertragingen als gevolg van overbelaste luchtverkeersleidingssystemen zijn aan de orde van de dag. Maar door het verbeteren van procedures kan er veel verbeteren, denkt topman Kevin Brown van Boeing ATM.
Op Schiphol kunnen ze erover meepraten. Daarom werd al in 2002 een ontwikkelingsovereenkomst getekend tussen Boeing en Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL) voor de ontwikkeling van een aantal concepten op het gebied van veiligheid, efficiency en milieugebonden aspecten op en rond de luchthaven Schiphol.
Zo is de zogenaamde Continued Descent Approach (CDA) op Schiphol getest. Dit is een landingsprocedure waarbij vliegtuigen vanaf grote hoogte continu dalen tot het moment van landen. Een horizontale vlucht, waarbij meer motorvermogen wordt gebruikt, wordt zo vermeden. “De motoren kunnen tijdens deze procedure ‘stationair’draaien”, zegt Brown. “En dat scheelt voor de maatschappijen een hoop brandstofverbruik en voor de omgeving geluidsoverlast”, zo geeft hij de voordelen van deze landingsmethode aan.
Een andere manier om vertragingen terug te dringen en vooral om vliegtuigen zuiniger te laten vliegen zijn de ‘tailored arrivals’. Dit systeem vervangt de gebruikelijke mondelinge instructies voor toestemming tot landen van de luchtverkeersleiding door elektronische instructies. Gevolg: minder tijdsdruk en een meer geleidelijke daling. “Het tailored arrival concept zorgt ervoor dat maatschappijen en luchtverkeersleidingsdiensten efficiënter kunnen werken en luchthavens ‘betere buren’ kunnen zijn”, zegt Brown.
Hij geeft aan dat de modernisering van de luchtverkeersleiding het niet zo zeer een kwestie is van het ontwikkelen van nieuwe technologieën, maar meer het toepassen van bestaande programma’s in de praktijk. De procedures waren al langer bekend, maar het toepassen in de praktijk ontbrak er nog aan.
Hoe vervelend verkeersleiding-gerelateerde vertragingen ook zijn voor de luchtreiziger, helemaal te voorkomen zijn ze niet. “Maar de vertragingen zijn met de toepassing van nieuwe procedures, betere planning en een betere samenwerking tussen de diverse betrokken partijen wel zoveel mogelijk te beperken”, zegt Brown, die er aan toevoegt dat het in de toekomst bovendien veiliger zal worden in de lucht.
Boeing ATM is ook betrokken bij de ontwikkeling van Sesar (Single European Sky ATM Research, voorheen Sesame). Dit project moet binnen vijftien jaar leiden tot de vurig gewenste ‘Single European Sky’, in plaats van de huidige lappendeken van luchtverkeersleidingsorganisaties die Europa is. In Sesar wordt onder meer samengewerkt met de Air Traffic Alliance (bestaande uit EADS, Airbus en Thales) en de Amerikaanse bedrijven Rockwel Collins en Honeywell.
Door Niek Vernooij