FAIRFIELD - General Electric Aviation Engines heeft vrijdag (4 juli) de overname afgerond van de Tsjechische motorfabrikant Walter Engines. Bij Walter worden kleine turbopropmotoren gemaakt voor lichte vliegtuigen. Door de overname denkt GE te kunnen concurreren met de PT-6 motoren van Pratt & Whitney Canada.
Het in 1923 opgericht Walter Engines heeft ruim 37.000 vliegtuigmotoren afgeleverd waaronder meer dan 1.500 Motolet M 601 turboprops met een motorvermogen van 750 pk die in meer dan dertig verschillende vliegtuigen zijn ingebouwd.
De M601 wordt in het westen aangeboden als alternatief voor onder meer de Pratt & Whitney Canada PT6 varianten. Oorspronkelijk was de motor ontworpen voor de tweemotorige Tsjechische Let L-410 en L-420 commuters die plaats bieden aan zeventien tot negentien passagiers. Van de L-410 zijn meer dan duizend exemplaren gebouwd waarvan ruwweg nog driehonderd dienst doen bij regionale luchtvaartmaatschappen.
Bij Walter Engines in Praag werken meer dan vijfhonderd mensen. Naast de bouw en het onderhoud van turbinemotoren worden ook precisieonderdelen vervaardigd voor andere afnemers in de luchtvaartindustrie.
Het in 1923 opgericht Walter Engines heeft ruim 37.000 vliegtuigmotoren afgeleverd waaronder meer dan 1.500 Motolet M 601 turboprops met een motorvermogen van 750 pk die in meer dan dertig verschillende vliegtuigen zijn ingebouwd.
De M601 wordt in het westen aangeboden als alternatief voor onder meer de Pratt & Whitney Canada PT6 varianten. Oorspronkelijk was de motor ontworpen voor de tweemotorige Tsjechische Let L-410 en L-420 commuters die plaats bieden aan zeventien tot negentien passagiers. Van de L-410 zijn meer dan duizend exemplaren gebouwd waarvan ruwweg nog driehonderd dienst doen bij regionale luchtvaartmaatschappen.
Bij Walter Engines in Praag werken meer dan vijfhonderd mensen. Naast de bouw en het onderhoud van turbinemotoren worden ook precisieonderdelen vervaardigd voor andere afnemers in de luchtvaartindustrie.
