STOCKHOLM - SAS stelt de levering van tien Airbus-toestellen uit. Dat is de Scandinavische luchtvaartmaatschappij overeengekomen met de Europese vliegtuigbouwer. Het gaat om acht A320neo’s en twee A350-900’s. SAS is door de coronacrisis diep in de rode cijfers beland.
In het tweede kwartaal leed van onderneming een nettoverlies van 230 miljoen euro, tegenover een nettowinst van 116 miljoen euro in dezelfde periode vorig jaar. De omzet daalde met 81 procent naar 241 miljoen euro. SAS zag het aantal passagiers met 86 procent dalen.
Tijdens een groot deel van het tweede kwartaal lag de vluchtuitvoering van SAS nagenoeg stil. Inmiddels voert de maatschappij het aantal vluchten weer op, waarbij binnenlandse routes sneller herstellen dan internationale routes. De voortdurende reisrestricties blijven een grote kopzorg voor de sector.
Bij SAS verdwijnen in totaal vijfduizend banen. Vierduizend daarvan zijn inmiddels ingevuld en lokale arbeidsovereenkomsten worden heronderhandeld. In juli tekende SAS een overeenkomst om grondafhandelingsactiviteiten in zowel Göteborg als Malmö uit te besteden.
Volgens CEO Rickard Gustafson boekt SAS goede vooruitgang bij het aanpassen van de kostenstructuur aan een markt die wordt gekenmerkt door een lagere vraag. 'Hoewel er nog aanzienlijke uitdagingen in het verschiet liggen, ben ik ervan overtuigd dat SAS zal terugkeren als een duurzame en winstgevende luchtvaartmaatschappij na een succesvolle implementatie van het herkapitalisatieplan."
Overheidssteun
De Europese Commissie ging vorige week akkoord met een omvangrijk steunpakket aan SAS. Aandeelhouders Denemarken en Zweden pompen ruim een miljard euro in de luchtvaartmaatschappij. “SAS speelt een sleutelrol in de bereikbaarheid van Scandinavië”, zo motiveerde eurocommissaris Margrethe Vestager het besluit.
Denemarken en Zweden hebben gezamenlijk 29 procent van de SAS-aandelen in handen. Noorwegen, de derde thuismarkt van SAS, trok zich twee jaar geleden terug als aandeelhouder.