PARIJS - De eerste bevindingen uit de vluchtrecorders van het Air France-toestel dat twee jaar geleden in de Atlantische Oceaan stortte, zijn vrijdag bekendgemaakt. Uit de geluidsfragmenten is duidelijk geworden dat de piloten ruim vier minuten hebben geprobeerd het vliegtuig onder controle te krijgen, voordat het neerstortte.
Het toestel vloog op een hoogte van ongeveer elf kilometer, toen het last kreeg van hevige turbulentie. De gezagvoerder was vanwege een rustpauze op dat moment niet in de cockpit aanwezig. Hij keerde drie minuten voor de crash terug.
De piloten zagen een minuut lang foutieve snelheidsinformatie op de meters. Snel daarna verloor het vliegtuig hoogte, terwijl motoren goed bleven functioneren. Eerder werd ook al gedacht dat een defect aan de snelheidssensoren de mogelijke oorzaak van de ramp was.
Na het uitschakelen van de autopilot bereikte het vliegtuig een hoogte van 38.000 voet. Daarna is het toestel binnen 3 minuten en 30 seconden neergestort. Gedurende deze periode bleef het toestel continu in een overtreksituatie.
De Franse onderzoeksraad BEA benadrukt dat de bevindingen nog geen compleet beeld van de ramp geven. De toedracht is waarschijnlijk pas eind juli bekend. De ramp met vlucht AF447 kostte op 1 juni 2009 aan alle 228 inzittenden van de Airbus A330-200 het leven.
Vliegtuigbouwer Airbus laat in een reactie weten dat de bevindingen van de BEA in lijn zijn met eerdere gepubliceerde feiten. Airbus zegt het onderzoek van de BEA te blijven steunen “met het doel om alle potentiële lessen die geleerd kunnen worden te identificeren.”
(c) Reismedia / ANP