DELFT - De Nederlandse rijksoverheid gaat fors investeren in de ontwikkeling van vliegen op waterstof. Een groep Nederlandse bedrijven wil een passagiersvliegtuig bouwen dat geschikt is voor veertig tot tachtig personen. Het toestel heeft een bereik van 750 kilometer, menen de initiatiefnemers.
De eerste vlucht met een propellertoestel is voorzien voor 2028, met bestemming Londen.
De initiatiefnemers bouwen bestaande toestellen om tot vliegtuigen, geschikt voor vloeibaar waterstof. De totale potentiële markt is 1.500 propellertoestellen die kunnen worden omgebouwd tot emissievrije toestellen. De toestellen zullen dienst gaan doen in gebieden met veel regionale luchtvaart.
Het Nederlandse consortium dat verantwoordelijk is voor de ontwikkeling heet Hydrogen Aircraft Powertrain and Storage System (HAPSS). Het is een publiek-private samenwerking in de luchtvaart, met zeventien deelnemers waaronder vliegtuigbouwer Fokker, TU Delft, de overheid en het Koninklijk Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum.
De financiering komt van het Nationaal Groeifonds dat 110 miljoen euro beschikbaar stelt. Het HAPPS-project krijgt dit publieke geld op voorwaarde dat er minstens eenzelfde bedrag aan particulier geld tegenover komt te staan.
De propellervliegtuigen krijgen waterstofcapsules in de staart van het toestel. De waterstof wordt via speciale leidingen getransporteerd naar de motoren. Door het gebruik van groene waterstof is een vlucht emissievrij. Het daadwerkelijk commercieel exploiteren hangt af van certificering en de bereidheid bij het publiek om meer te betalen voor een vliegtuigticket vanwege de hogere kosten van vliegen op waterstof.