Van begin januari tot eind maart gaat het aantal KLM-vluchten naar Beijing omlaag van zeven naar vijf per week en naar Shanghai van zeven naar zes, zo meldde Aeroroutes eerder vandaag.

Maar ook in het zomerseizoen wordt er minder gevlogen, zo zegt een woordvoerster van KLM tegen Luchtvaartnieuws & Zakenreisnieuws. Het hele seizoen (eind maart – eind oktober) wordt Beijing zes in plaats van zeven keer aangevlogen. Naar Shanghai gebeurt vanaf 4 augustus hetzelfde.

Het Chinese netwerk van KLM was al veel kleiner dan voor de coronacrisis. Zo hebben de routes naar Xiamen, Chengdu en Hangzhou de pandemie niet overleefd. Het land is inmiddels door India ingehaald als belangrijkste Aziatische markt voor de luchtvaartmaatschappij.

Omvliegen en zwakke vraag
Het is momenteel erg lastig om winst te maken op vluchten naar China, mede doordat er omgevlogen moet worden door de sluiting van het Russische luchtruim sinds de inval in Oekraïne. De extra vlieguren die daardoor nodig zijn zorgen voor fors hogere kerosine- en arbeidskosten. Ook kwakkelt de Chinese economie en is het toerisme nog niet hersteld van de pandemie. Dat dempt de vraag.

Een hele reeks aan Europese luchtvaartmaatschappijen heeft daardoor in de voorbije maanden al het aantal vluchten naar het land verminderd. SAS, Virgin Atlantic en LOT Polish Airlines hebben zich onlangs helemaal teruggetrokken van het Chinese vasteland, terwijl Lufthansa en British Airways respectievelijk de lijndiensten Frankfurt - Beijing en Londen – Beijing geschrapt hebben.

Chinese luchtvaartmaatschappijen mogen nog wel over Rusland vliegen en zijn daardoor korter onderweg. Dat leidt tot ergernis onder Europese concurrenten, die spreken over oneerlijke concurrentie. Zo pleitten Air France-KLM-topman Smith en KLM-CEO Rintel eerder voor een extra heffing op vluchten die over Rusland vliegen. Maar volgens het kabinet is dat juridisch niet mogelijk.