BRUSSEL - Het plan van de conservatief-groene regering van Oostenrijk om een minimumprijs te mogen opleggen voor vliegtickets lijkt op losse schroeven te staan. De kans is aanwezig dat de Europese Commissie een stokje steekt voor het idee, meldt persbureau Reuters.
De duurzame idealen van de regering leefden al langer, maar kwamen door de coronacrisis in een stroomversnelling. Vorig jaar zomer kwam de overheid met plannen om de bestaande vliegtaks te verhogen en een minimale prijs voor vliegtickets in te stellen.
Op korte vluchten (onder de 350 kilometer) moet per enkele reis een taks van 30 euro worden geheven, voor langere vluchten komt er een toeslag van 12 euro per enkele reis.
Daarnaast mogen vliegtickets niet voor minder dan 40 euro worden verkocht, zo is de wens. Daarmee wil de Oostenrijkse regering niet alleen de CO2-uitstoot in 2030 halveren, maar wordt ook Austrian Airlines beschermd tegen prijsdumpers als Ryanair en Wizz Air. Austrian kreeg in 2020 de toezegging dat de Oostenrijkse overheid samen met de Lufthansa Group 600 miljoen euro in de luchtvaartmaatschappij pompt om de crisis te overleven.
De Europese Commissie is volgens persbureau Reuters kritisch over het plan. Volgens een woordvoerder zijn er regels die luchtvaartmaatschappijen de vrijheid geven om zelf hun prijs te bepalen, waardoor er geen minimum kan worden opgelegd.