WASHINGTON - In Alaska zijn bijna 62 jaar na dato de slachtoffers van een vliegcrash geborgen. Een C-124 Globemaster II van de Amerikaanse luchtmacht stortte op 22 november 1952 neer tijdens een vlucht van McChord Air Force Base in de staat Washington naar Elmendorf Air Force Base in Alaska.
Wegens slechte weersomstandigheden kon er niet ogenblikkelijk een zoekactie op touw worden gezet. Eind november en december van dat jaar lukte het reddingswerkers niet om een spoor van het vliegtuigwrak en haar 52 inzittenden te vinden.
Pas twee jaar geleden, op 9 juni 2012, zagen bemanningsleden van een Alaska National Guard UH-60 Black Hawk-helikopter bij toeval wrakstukken op de Colony-gletsjer. Drie dagen later vloog een team van de Alaska Guard naar de plek om onderzoek te verrichten en foto's te maken. Daaruit bleek dat het om de verdwenen C-124 Globemaster ging.
Na verder onderzoek kwam het nu pas tot het bergen van de slachtoffers. Op basis van DNA-gegevens is de identiteit van zeventien mensen vast komen te staan. De overige 35 inzittenden moeten nog worden geborgen. Ze krijgen 62 jaar na de crash een militaire begrafenis, in aanwezigheid van nabestaanden.
De Douglas C-124 Globemaster was een voor die tijd gigantisch vliegtuig, met vier motoren en twee dekken. Het toestel had een lengte van bijna veertig meter en een spanwijdte van 53 meter, en werd gebruikt om grote hoeveelheden vracht over grote afstanden te vervoeren. De C-124 is tot ver in de Vietnam-oorlog in dienst geweest, om daarna te worden vervangen door de Lockheed C-5.
Foto: USAF.
