Het vrijhandelsverdrag moet de onderlinge handel tussen de 28 landen van de EU en het Aziatische land versterken en verbeteren. Zo zijn onder meer afspraken gemaakt over verlaging of afschaffing van douanetarieven en zijn onnodige barrières weggenomen.

Vietnam is een van de meest dynamische economieën van Azië, meent Malmström. "Meer dan 31 miljoen banen in Europa leunen op export. Het hebben van makkelijkere toegang tot een groeiende en snel ontwikkelende markt zoals Vietnam, met zijn 90 miljoen consumenten, is dan ook geweldig nieuws".

Verladersorganisatie EVO en exportvereniging Fenedex verwachten dat het vrijhandelsverdrag goede kansen biedt voor Nederlandse ondernemers. De export bedroeg vorig jaar al 540 miljoen euro, waarmee Nederland de derde Europese handelspartner van Vietnam is, aldus de organisaties. Nederlandse bedrijven exporteren vooral levensmiddelen, transportmiddelen en medicijnen naar het Aziatische land.

De onderlinge handel tussen de EU en Vietnam was in 2014 goed voor 28,2 miljard euro, berekende Brussel. Het merendeel (22,1 miljard euro) betrof de import van goederen uit Vietnam, zoals textiel, koffie, rijst en schoenen naar de EU.

De onderhandelingsteams zullen nu de laatste hand leggen aan de wetteksten. Zodra die er zijn gaat het verdrag ter goedkeuring naar de EU-landen en het Europees Parlement. Malmström verwacht dat het verdrag daadwerkelijk eind 2017, begin 2018 in werking treedt.

De EU heeft al dergelijke verdragen met onder meer Canada en Zuid-Korea. Momenteel wordt met de Verenigde Staten onderhandeld over het zogeheten Transatlantic Trade and Investment Partnerschip (TTIP). In veel landen, waaronder in Nederland, zijn bezwaren en zorgen omdat onder meer wordt gevreesd voor verwatering van Europese normen op het gebied van gezondheid en milieu. De Nederlandse regering is voorstander van de komst van het vrijhandelsverdrag.

(c) ANP