De Franse regering zegde in mei een steunpakket van zeven miljard euro toe voor Air France, terwijl de Nederlandse regering met een steunpakket ter waarde van 3,4 miljard euro voor KLM over de brug kwam.

Volgens Djebbari stond de Franse staat “op het meest acute moment van de crisis” klaar om samen met de Nederlandse collega's ervoor te zorgen dat Air France-KLM deze crisis kan overleven. “Daar ging het om. En de staat zal er weer zijn.”

Er wordt al langer gesproken over een groter overheidsaandeel in Air France-KLM, nu de coronacrisis langer aanhoudt. Zowel de Franse als Nederlandse staat bezit zo’n veertien procent van de aandelen in de luchtvaartgroep. Hij hint erop dat wanneer Frankrijk het aandeel vergroot, Nederland dat ook zal doen.

De staat zal er volgens Djebbari “voor zorgen dat de luchtvaartmaatschappij de gevolgen van de crisis opvangt, zich herpositioneert en in de toekomst een winnaar kan zijn. En natuurlijk zullen we zeer alert zijn op het evenwicht tussen Frankrijk en Nederland.”

Na het verstrekken van leningen, die voor voldoende cashflow bij de luchtvaartonderneming moeten zorgen, is het nu zaak om de groep in staat te stellen "voldoende eigen vermogen te herwinnen om zich te kunnen blijven verzetten en ontwikkelen", aldus Djebbari.