DELFT - KLM gaat meedoen met het project Phoenix van AeroDelft van de TU Delft. De luchtvaartmaatschappij brengt haar kennis en ervaring in bij de ontwikkeling van een drone en vliegtuigje op waterstof, waaraan een team van studenten van de TU Delft al enkele jaren werkt.
Phoenix bestaat uit een drone in de vorm van een mini-vliegtuig, dat een spanwijdte heeft van 5,7 meter. Het heeft een brandstofcel, die 1,5 megawatt aan stroom kan opwekken om een elektromotor aan te drijven. Daarmee kan de drone drie uur vliegen of een afstand overbruggen van 300 kilometer. De drone heeft vorig jaar al gevlogen met batterijen, maar voor dit jaar staat de eerste vlucht gepland met de brandstofcellen met gasvormige en later vloeibare waterstof.
Fase 2 van Phoenix is vliegen met een brandstofcel-motor in een Sling 4, een klein tweezits vliegtuig. Het doel is om in 2024 een bemande vlucht met dit toestel uit te voeren met gasvormige waterstof en een jaar later met vloeibare waterstof. De brandstofcel van 125 kiloWatt moet het vliegtuigje een vliegbereik geven van 400 kilometer.
KLM en AeroDelft gaan nu samenwerken om de waterstoftechnologie te ontwikkelen. De luchtvaartmaatschappij brengt haar kennis in op het gebied van regelgeving, certificering en infrastructuur, al staat dit voor waterstof nog in de kinderschoenen. De samenwerking past volgens KLM heel goed bij de leidende rol die zij wil spelen bij de vernieuwing van de luchtvaart.
Voor de circa 50 studenten die meewerken aan AeroDelft is de betrokkenheid van KLM “erg lonend”, zegt teammanager Wouter van der Linden.