AMSTERDAM - Vliegmaatschappij Dutchbird was al ruim voor de overname door de ExelAviationGroup van zakenman Erik de Vlieger gedoemd een noodlanding te maken. Dat concludeert luchtvaartjournalist Arnold Burlage in de Financiële Telegraaf op grond van het rapport van de curator, waarover hij als eerste beschikt. Curator mr. Frits Kemp van Fort Advocaten schrijft ook dat verder onderzoek doet naar mogelijke onregelmatigheden in die recente faillisementszaak, waarbij ook de ExelAviationGroup was betrokken.
“Opmerkelijk is dat op 5 november 2004 twee verschillende jaarrekeningen over 2003 bij het handelsregister zijn gedeponeerd: één op basis van continuïteit, de ander op liquidatiebasis”, schrijft Arnold Burlage, citerend vanuit het curator verslag.
De curator acht het niet juist dat aan degene die de publicatiebalans raadpleegt wordt overgelaten om te kiezen voor de juiste jaarrekening. Afhankelijk van de gekozen jaarrekening wordt een verlies gepresenteerd van 587.498 euro dan wel 1.604.214 euro.
Al vanaf ultimo 2003 was duidelijk dat DutchBird het zonder een ingrijpende reorganisatie niet zou redden. In mei 2004 weigerde Ernst & Young al een goedkeurende accountantsverklaring op basis van continuïteit, zo schrijft Burlage.
Op 7 oktober werd door de ExelAviationGroup van zakenman Erik de Vlieger en Bimoss Holding BV van eigenaar Hans Mosselman, die ook reisorganisatie Sudtours bezit een intentieverklaring ondertekend. EAG verklaarde zich bereid tot betaling van een koopsom van 2.250.000 euro op voorwaarde dat het zichtbaar Eigen Vermogen van DutchBird niet negatief zou zijn.
Een door EAG uitgevoerd nader onderzoek bracht nog geen week later aan het licht dat het eigen vermogen van DutchBird 5,3 miljoen euro negatief was. Naar aanleiding daarvan leken de onderhandelingen opnieuw tot mislukken gedoemd. Eind november werden de aandelen DutchBird toch aan de vennootschap LBF Zeeland van Erik de Vlieger overgedragen
In de vier jaar dat de “eigen” luchtvaartmaatschappij van reisorganisatie Sudtours bestond, maakte het, volgens de curator, slechts in de eerste helft van het oprichtingsjaar 2000 (een bescheiden) eenmalige winst. “Het ging daarna zo snel bergafwaarts dat zelfs Bimoss Holding, de houdstermaatschappij van zowel DutchBird als reisorganisatie Sudtours, weigerde nog langer garant te staan voor de verliezen”.
In het tweede en derde jaar maakte het vliegbedrijf achtereenvolgens 4,6 miljoen en 1,6 miljoen verlies. Het laatste verliescijfer is een schatting, aangezien accountant Deloitte weigerde over de jaarrekening 2003 een goedkeurende verklaring af te leggen, zo wordt in de Financiële Telegraaf gedetailleerd vermeld.
Rond de overname stond statutair directeur van DutchBird Jan Heppener tot twee keer toe klaar om uitstel van betaling voor het bedrijf aan te vragen. Beide keren werd hij door de raad van commissarissen van DutchBird teruggefloten. Het besluit in surseance te gaan was echter juist, zo meent de curator. De Bayerische Landes Bank, verhuurder van twee Airbus vliegtuigen, had namelijk al aangekondigd beide vliegtuigen terug te halen als de betalingsachterstand van 350.000 euro niet snel werd ingehaald. Daarnaast liep DutchBird 1 miljoen dollar achter bij de betalingen aan Boeing voor de andere drie geleaste toestellen.
“Opmerkelijk is dat op 5 november 2004 twee verschillende jaarrekeningen over 2003 bij het handelsregister zijn gedeponeerd: één op basis van continuïteit, de ander op liquidatiebasis”, schrijft Arnold Burlage, citerend vanuit het curator verslag.
De curator acht het niet juist dat aan degene die de publicatiebalans raadpleegt wordt overgelaten om te kiezen voor de juiste jaarrekening. Afhankelijk van de gekozen jaarrekening wordt een verlies gepresenteerd van 587.498 euro dan wel 1.604.214 euro.
Al vanaf ultimo 2003 was duidelijk dat DutchBird het zonder een ingrijpende reorganisatie niet zou redden. In mei 2004 weigerde Ernst & Young al een goedkeurende accountantsverklaring op basis van continuïteit, zo schrijft Burlage.
Op 7 oktober werd door de ExelAviationGroup van zakenman Erik de Vlieger en Bimoss Holding BV van eigenaar Hans Mosselman, die ook reisorganisatie Sudtours bezit een intentieverklaring ondertekend. EAG verklaarde zich bereid tot betaling van een koopsom van 2.250.000 euro op voorwaarde dat het zichtbaar Eigen Vermogen van DutchBird niet negatief zou zijn.
Een door EAG uitgevoerd nader onderzoek bracht nog geen week later aan het licht dat het eigen vermogen van DutchBird 5,3 miljoen euro negatief was. Naar aanleiding daarvan leken de onderhandelingen opnieuw tot mislukken gedoemd. Eind november werden de aandelen DutchBird toch aan de vennootschap LBF Zeeland van Erik de Vlieger overgedragen
In de vier jaar dat de “eigen” luchtvaartmaatschappij van reisorganisatie Sudtours bestond, maakte het, volgens de curator, slechts in de eerste helft van het oprichtingsjaar 2000 (een bescheiden) eenmalige winst. “Het ging daarna zo snel bergafwaarts dat zelfs Bimoss Holding, de houdstermaatschappij van zowel DutchBird als reisorganisatie Sudtours, weigerde nog langer garant te staan voor de verliezen”.
In het tweede en derde jaar maakte het vliegbedrijf achtereenvolgens 4,6 miljoen en 1,6 miljoen verlies. Het laatste verliescijfer is een schatting, aangezien accountant Deloitte weigerde over de jaarrekening 2003 een goedkeurende verklaring af te leggen, zo wordt in de Financiële Telegraaf gedetailleerd vermeld.
Rond de overname stond statutair directeur van DutchBird Jan Heppener tot twee keer toe klaar om uitstel van betaling voor het bedrijf aan te vragen. Beide keren werd hij door de raad van commissarissen van DutchBird teruggefloten. Het besluit in surseance te gaan was echter juist, zo meent de curator. De Bayerische Landes Bank, verhuurder van twee Airbus vliegtuigen, had namelijk al aangekondigd beide vliegtuigen terug te halen als de betalingsachterstand van 350.000 euro niet snel werd ingehaald. Daarnaast liep DutchBird 1 miljoen dollar achter bij de betalingen aan Boeing voor de andere drie geleaste toestellen.