PERTH - In de Indische Oceaan heeft de onbemande Amerikaanse mini-onderzeeër Bluefin-21 donderdag voor het eerst een volledige tocht van zestien uur over de bodem kunnen afleggen, op zoek naar de sinds 8 maart vermiste Boeing 777-200ER van Malaysia Airlines. De verzamelde data worden nu geïnterpreteerd. Tot nu toe is er nog geen enkel spoor gevonden. De Maleisische autoriteiten zeggen dat de onderwaterdrone gedurende het hele komende paasweekeinde zal blijven worden ingezet.
De Maleisische minister van defensie, Hishamuddin Hussein, zei donderdag dat de inzet van de Bluefin-21 niet onbeperkt zal doorgaan. "Er komt een moment dat we moeten komen tot een heroverweging en een hergroepering, maar zolang we niets hebben gevonden zullen we blijven zoeken. Het is alleen de vraag hoe."
Donderdag werd ook bekend dat een oliespoor, dat begin deze week in het zoekgebied werd aangetroffen, niet van de MH370 is.
Zwarte dozen
De Australische missie die het onderzoek zegt op basis van eerder gehoorde akoestische geluiden, mogelijk afkomstig van de zwarte dozen van de Boeing, ervan overtuigd te zijn in het juiste gebied, ten noordwesten van Perth, te zoeken. Maar er is tijdens de zoektocht in de Indische Oceaan, die begon op 17 maart - de eerste dagen werd gezocht in de Zuid-Chinese Zee - in het geheel niets concreets gevonden, geen enkel fragment van het toestel.
De Bluefin-21 is een hi-tech robot die de bodem van zeeën kan scannen. Het vaartuig heeft wel een maximaal bereik, tot een diepte van 4500 meter. Eerder deze week bleek de oceaan op enkele plekken dieper te zijn, waardoor de onderzeeër uit zichzelf voortijdig omhoog kwam.
Raadsel
Het is voor de onderzoekers nog steeds wel een raadsel waarom er geen wrakstukken zijn gevonden van de Boeing. John Purvis, het voormalige hoofd crashonderzoek bij Boeing, zei donderdag tegen Australische media dat hij rekening houdt met twee mogelijkheden, ervan uitgaande dat het gebied waar al weken wordt gezocht wel de juiste locatie is.
Als het vliegtuig met grote kracht in het water terecht is gekomen, 'nose first', kan het in zeer kleine stukjes uiteen zijn gespat, die moeilijk te zien zijn. De andere mogelijkheid is het tegenovergestelde: de Boeing is juist heel geleidelijk in het water terechtgekomen. "Als dat zachtjes genoeg gebeurt, in een kalme zee, kan een compleet toestel onder water verdwijnen", aldus Purvis.
SR111
Bij andere crashes in zee is in het verleden gebleken dat er soms heel weinig fragmenten blijven drijven. Zo verdween Swissair vlucht SR111, een MD-11, in september 1998 in de golven voor de kust van Canada (alle 229 inzittenden kwamen om), met de neus naar beneden en een snelheid van rond de 600 kilometer per uur. Ondanks de enorme klap bleef maar twee procent van het wrak drijven.
Nabestaanden van de 239 inzittenden van MH370 klampen zich intussen vast aan het gebrek aan fysiek bewijs. Sommigen gaan er vanuit dat de Boeing is gekaapt en op een onbekende locatie is geland, met de passagiers als gijzelaars. Maar daarvoor is evenmin bewijs.
Van onze redactie