Duurzaamheid, corporate responsability en ESG (Environmental, Social, and Governance) zijn geen modewoorden, maar essentiële pijlers voor de toekomst van alle industrie. Met de wereldwijde druk om klimaatverandering tegen te gaan, nemen beschaafde bedrijven een leidende rol in het verduurzamen van hun activiteiten. Dit komt niet alleen tot uiting in milieumaatregelen, maar in hun hele bedrijfsvoering, inclusief sociale verantwoordelijkheid.
Dit brede begrip van duurzaamheid wordt onderstreept door de prestaties van deze bedrijven op de Dow Jones Sustainability Index (S&P Global), een wereldwijd erkende benchmark die bedrijven beoordeelt op hun algehele gemeten duurzaamheidsprestaties.
Wat is de Dow Jones Sustainability Index (DJSI)?
De DJSI is een geaccepteerde maatstaf voor de duurzaamheidsprestaties van ruim 10.000 bedrijven over de hele wereld. Zij worden beoordeeld op een aantal kerndomeinen, zoals economische prestaties, milieubeheer en sociale verantwoordelijkheid. Deze brede benadering zorgt ervoor dat duurzaamheid verder reikt dan alleen CO2-reductie; het omvat ook de manier waarop bedrijven omgaan met hun medewerkers, veiligheid, diversiteit en inclusie.
Binnen elke sector kijken bedrijven naar meerdere aspecten:
- Ecologische impact: Het verminderen van CO2-uitstoot door de inzet van zuinigere vliegtuigen en de investering in alternatieve brandstoffen zoals biobrandstoffen.
- Arbeidsomstandigheden: De maatschappijen waarborgen het recht op vakbondsvorming, bieden goede arbeidsvoorwaarden en zorgen voor eerlijke lonen.
- Diversiteit en inclusiviteit: LHBTI-acceptatie en het actief bevorderen van diversiteit binnen hun personeelsbestand.
- Veiligheidscultuur: De “Just Culture”-benadering zorgt ervoor dat werknemers incidenten kunnen melden zonder angst voor sancties, wat de algehele veiligheid ten goede komt.
Goede maatschappijen als voorbeeld
Maatschappijen zoals ANA, EVA, LATAM, KLM, Lufthansa en Air France hebben deze principes volledig geïntegreerd in hun bedrijfsmodel, wat hen leiders maakt op het gebied van duurzaamheid.
Enerzijds werken ze actief aan het verminderen van hun ecologische voetafdruk door het inzetten van moderne vliegtuigen met een lagere uitstoot en het gebruik van schonere brandstoffen. Anderzijds zetten ze ook zwaar in op sociale duurzaamheid. Dit betekent dat ze zorgen voor eerlijke arbeidsomstandigheden en oog hebben voor diversiteit en inclusiviteit. Het recht op vakbondsvertegenwoordiging is bij deze maatschappijen vanzelfsprekend, evenals het bieden van een veilige werkomgeving waar LHBTI-rechten worden geborgd en gerespecteerd.
Dit brede duurzaamheidsbeleid zorgt ervoor dat deze maatschappijen niet alleen bijdragen aan een beter milieu, maar ook aan het welzijn van hun werknemers.
Recentelijk heeft de Nederlandse regering besloten om de capaciteit op Schiphol (tijdelijk) te verminderen, met als doel de milieu-impact van de luchtvaart te beperken. Hoewel dit op het eerste gezicht een stap in de goede richting lijkt, brengt het ongewenste gevolgen met zich mee.
De slots die vrijkomen, worden steeds vaker toegewezen aan maatschappijen uit, bijvoorbeeld het Midden-Oosten. Hoewel deze maatschappijen bekend staan om hun klantvriendelijkheid, lage prijzen en luxe, scoren ze vaak erg laag op het gebied van sociale duurzaamheid.
Hun beleid op het gebied van arbeidsomstandigheden, vakbondsrechten en LHBTI-acceptatie blijft mijlenver achter bij dat van hun beschaafde concurrenten. Ik heb er kort gewerkt, dus ik weet waar ik over praat.
Deze maatschappijen worden slechter beoordeeld op aspecten zoals werknemersrechten en transparantie in veiligheidscultuur. Dit betekent dat, ondanks de krimp, Schiphol ruimte biedt aan maatschappijen die minder duurzaam opereren, wat uiteindelijk een stap terug is in ESG.
Duurzaamheid moet veel breder worden gezien
Echte duurzaamheid betekent meer dan alleen maar milieumaatregelen. Beschaafde maatschappijen hebben bewezen dat ze in staat zijn om duurzaamheid in de breedste zin van het woord te integreren: ESG, milieuvriendelijk, sociaal verantwoord en met oog voor inclusiviteit. Het is cruciaal dat de Nederlandse regering deze prestaties mede erkent en de juiste maatschappijen blijft steunen. Door maatschappijen toe te laten die op alle fronten van duurzaamheid uitblinken, kan de luchtvaartsector blijven bijdragen aan een eerlijke en groene toekomst met draagvlak.
Dus mijn wijze advies aan de luchtvaartlobby en politiek: wijs landingsrechten toe aan de hand van de positie op de DJSI. Hoe lager op de DJSI ladder, hoe progressief meer je betaalt als maatschappij om te mogen landen op Schiphol. Simpel toch?