BRUSSEL - Europa moet niet toegeven aan druk vanuit de Verenigde Staten, China, Rusland en India om vliegtuigen uit die landen niet onder het emissiehandelsysteem ETS te laten vallen. Dat vindt Gerben Jan Gerbrandy, Europarlementariër voor D66. "Dit soort politieke druk en economische chantage is echt onacceptabel", zegt hij. Ook al dreigt daardoor een handelsoorlog.
Hij doelt op het Chinese dreigement om geen Airbusvliegtuigen meer te kopen als ook vliegtuigen uit China onder het ETS vallen. Chinese en Amerikaanse luchtvaartmaatschappijen zijn door eigen land zelfs verboden aan het systeem mee te betalen. Eerder al zette China bestellingen bij de Europese vliegtuigbouwer al in de ijskast vanwege ETS.
De luchtvaartsector valt sinds 2012 onder het Europese Emission Trade Scheme (EU ETS), waarbij alle luchtvaartmaatschappijen met vluchten van en naar Europa werden verplicht emissierechten te kopen. Dat leidde tot hevige protesten van andere landen. In 2013 besloot de Europese Unie dat intercontinentale vluchten voor een periode van één jaar worden uitgesloten van het systeem (stop-the-clock), onder de voorwaarde dat ICAO tot een internationale aanpak van de uitstoot zou komen.
Onvoldoende
ICAO, de VN-organisatie voor de burgerluchtvaart, sprak in oktober vorig jaar in Montreal af dat er in 2016 een zogeheten market based mechanism (MBM) wordt ontwikkeld om de uitstoot van schadelijke stoffen door de luchtvaart een halt toe te roepen. De invoering van dat systeem zal echter niet plaatsvinden voor 2020. De Milieucommissie van het Europees Parlement vindt deze uitkomst daarom onvoldoende.
Eind januari besloot de Milieucommissie dat straks alle vliegtuigen in het Europese luchtruim alsnog mee moeten doen aan emissiehandelssysteem. Om de protesterende landen tegemoet te komen zullen, in tegenstelling tot het eerdere stelsel, maatschappijen tot 2016 alleen moeten betalen voor het deel van de vlucht dat door Europees luchtruim voert. Daardoor zullen de ETS-opbrengsten zestig procent lager zijn.
Europarlementariër Gerbrandy zegt dat Europa voor het klimaat én de eigen geloofwaardigheid het systeem in werking moet stellen. "Daarbij betaalt iedereen op basis van de eigen uitstoot. Europese en niet-Europese luchtvaartmaatschappijen worden volledig gelijk behandeld."
Kostenargument
Gerbrandy denkt niet dat de luchtvaartsector erdoor in financiële problemen raakt. “Het kostenargument slaat nergens op. De extra kosten per vlucht zijn miniem, minder dan een kop koffie op de luchthaven. Bovendien: je betaalt voor wat je uitstoot. Wie met een moderne vloot vliegt is in het voordeel.” Waarschuwingen uit de luchtvaartsector dat sommige maatschappijen Europa zullen mijden als het ETS wordt ingevoerd wijst de Europarlementariër van de hand. “Dat zal heel erg meevallen”, meldt hij aan Luchtvaartnieuws.nl.
De Association of European Airlines (AEA) liet eerder weten te vrezen voor tegenmaatregelen die als de Europese Unie de ETS-plannen doorzet. Daardoor zou de zakelijke ontwikkeling van de maatschappijen schade kunnen oplopen. De enige manier waarop de concurrentiekracht van Europese luchtvaartmaatschappijen behouden blijft is volgens de brancheorganisatie een wereldwijde door ICAO geleid emissiehandelsysteem.
Het Europees Parlement onderhandelt nu met de Raad van Ministers over ETS. Op 30 april 2014 loopt de stop-the-clock regeling af. Voor die tijd moet er een overeenkomst zijn. Onduidelijk is nog wat er gaat gebeuren. De Airbus-landen (Frankrijk, Duitsland, Verenigd Koninkrijk en Spanje), die economische schade vrezen, sturen aan op een verlenging van ‘stop-the-clock’ tot 2016. Nederland steunt de Airbus-landen hier overigens in.
Door Niek Vernooij