SCHIPHOL - De kans dat een passagier bij een vliegtuigongeluk betrokken raakt is tegenwoordig minimaal en van passagiers die wél de pech hebben dat hun vliegtuig crasht, overleeft ook nog eens een groot deel. “Het gaat minder vaak mis en als het misgaat, zijn de gevolgen minder ernstig dan voorheen”, zegt Michel Piers, directeur van NLR Air Transport Safety Institute, onderdeel van het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium, in een gesprek met Luchtvaartnieuws.
Het feit dat begin juli vrijwel iedereen de crash met een Boeing 777 van Asiana Airlines in San Francisco overleefde was daarom geen wonder. Piers: “Er zijn vooral de laatste twintig jaar veel verbeteringen doorgevoerd, waardoor de overlevingskans is verbeterd.”
‘Structural failure’ van een vliegtuig, door bij voorbeeld metaalmoeheid, zoals voorheen nog wel eens gebeurde, komt bijna niet meer voor zegt Piers. En de stoelen zijn nu beter bestand tegen de klap. “Ze zijn veel steviger en beter vastgezet aan de vloer. Ze kunnen tegen een klap van 16g, ofwel zestien keer de zwaartekracht.”
Ook aan de (niet-) brandbaarheid zijn in de loop der jaren steeds scherpere eisen gesteld. Piers: “Als er nu brand uitbreekt aan boord duurt het aanzienlijk langer totdat het materiaal doorbrandt. Dat was ook te zien bij de Boeing van Asiana, die pas gedeeltelijk uitbrandde nadat de passagiers al van boord waren.”
Door Lolke van der Heide en Niek Vernooij
Het volledige artikel wordt gepubliceerd in het kwartaalblad Luchtvaartnieuws, dat medio september verschijnt. Klik hier om een los nummer te bestellen, of word premium member.