In deze Netherlands Air Transport Regulatory Competitiveness Indicators concludeert IATA dat met de luchtvaartsector direct en indirect 306.000 banen zijn gemoeid. Daarnaast draagt de sector 25 miljard euro bij aan de economie, en is goed voor 3,2 procent van het Bruto Nationaal Product.

Bij Air Transport Regulatory Competitiveness gaat IATA uit van vijf pilaren. Nederland presteert bij vier pilaren -  ‘passenger facilitation’, ‘cargo facilitation’, ‘supply chain’ en ‘regulatory practice’ - iets boven het Europese gemiddelde, maar loopt achter op het gebied van ‘Infrastructure Management’.

Om de werkgelegenheid en bijdrage aan de economie verder te verbeteren zijn volgens IATA maatregelen noodzakelijk. De limiet van het aantal vliegbewegingen op Schiphol en regionale luchthavens moet volgens IATA worden verhoogd. Een ander punt is het tegenhouden van de introductie van nieuwe belastingen op vliegtickets. Daarnaast adviseert IATA om het beleid van slotallocaties in lijn te brengen met de internationaal gehanteerde standaard.

Efficiënt gebruik van capaciteit
“Nederland is goed bereikbaar met het vliegtuig, maar de groei van de connectiviteit is achtergebleven”, concludeert Brian Pearce, hoofdeconoom van IATA. Hij benadrukt dat Schiphol ondanks vijf (en eigenlijk zes) start- en landingsbanen nu al de meest dichtgeslibde luchthaven van Europa is en waarschuwt dat bij een verzwakking van de competitiviteit van het Nederlandse vliegverkeer 84.000 banen op het spel staan. "Efficiënt gebruik van de beschikbare capaciteit is belangrijk."

IATA waarschuwt voor de gevolgen van de vliegtaks van zeven euro per ticket, die de Nederlandse regering per 2021 wil invoeren. Die levert maar een procent aan reductie van CO2-emissie op, terwijl gerekend wordt op een passagiersafname van twaalf procent. Dat kost naar verwachting tienduizend banen.