Gedaan. Het zat er weer op. Tijd om naar huis te gaan. Voor de zoveelste keer in zijn werkzame leven stond hij met een zucht op van achter zijn bureau om zich in de immer voortdurende dagelijkse mensentrek te storten. Naar huis in Nederland. Zijn desktopdisplay voelde zijn vertrek en synchroniseerde alle files nog snel met de sens-pad die mee naar huis ging, voordat deze zichzelf afsloot.
Beneden en buiten gekomen trof hij zijn electromagnetische cabine aan om hem in de gebruikelijke 3 minuut 45 seconden naar het vliegveld van Shanghai te brengen. Daar stopte het ding als vierde in een rij voor de vliegtuigdeur. Getergd keek hij naar de drie passagiers voor hem die een voor een uit hun cabine het vliegtuig instapten. Altijd maar weer wachten. Zijn beurt, en hij stapte in, in wat nog immer de kist genoemd werd, en volgde de verlichte vloerlijn naar zijn stoel van die dag, klikte zijn sens-pad in de stoelhouder, keek nog even rond naar de andere vijf instapopeningen waar de zwijgende forensenmassa naar binnenstroomde voor hij ging zitten en schatte het vertrek over twee minuten in. De sens-pad gaf inmiddels de vluchtduur naar Amsterdam, met 38 minuten 36 seconden een dikke tien seconden langer dan anders. Hij fronste een wenkbrauw terwijl hij ging zitten en sloot daarna zijn ogen, vaag opziend tegen de acceleratie die hij altijd als oncomfortabel ervoer.
Het was meegevallen, hij was tijdens de klim naar 180 km wat weggedroomd in zijn denken aan hoe hij misschien in ander werk zijn arbeidseenheden kon vervullen, iets met meer voldoening in deze wereld met 12 miljard krioelende mensen, daarom was de acceleratie hem deze keer ontgaan. Hij keek even naar buiten naar de sterren in de ruimte, een blik waar lang geleden mensen kapitalen voor betaald hadden als passagier bij Virgin Galactic; onvoorstelbaar dat ze dat er ooit voor over hadden gehad.
Even later gaf de sens-pad aan dat de stoelendraai er aan zat te komen, halverwege dus; zou hij nog wat aan zijn werk doen? Hij lag immers al achter op target. Het ontbrak hem echter aan inspiratie dus sloot hij na de draai nogmaals zijn ogen en soesde zelfs wat weg tijdens de deceleratie. Het binnenkomen in de atmosfeer kon hem ook niet meer wekken sinds de turbulentiesensors gekoppeld waren aan een feilloos compensatiesysteem, sedertdien waren ook de stoelriemen afgeschaft en daarmee jammerlijk ook de laatste cabin attendant aan boord.
Net voor aankomst werd hij wel wakker en richtte zijn blik naar buiten waar hij de grote dockingterminal van Schiphol zag opdoemen met zijn honderden aan- en afvliegende electromag-planes per uur. Hoofddorp grensde inmiddels bijna aan de terminal sinds al die start- en landingsbanen niet meer nodig waren, maar hij vroeg zich af wie daar nou echt wilde wonen met steeds maar weer de overlast van schaduwen van die forensenkisten voor het toch al zeldzame Nederlandse zonlicht.
Net voor hij zijn sensepad uit zou klikken zag hij dat hij nummer 24 was voor uitstappen, en baalde. Hij zou intussen toch meer prioriteit moeten krijgen van het frequent flyer programma van SkyTeam Express. Nog even sloot hij zijn ogen tot een trilling in zijn stoel hem na 63 seconden erop attendeerde dat eindelijk zijn persoonlijke uitstapverlichting was aangegaan. Bijna was hij zijn sens-pad vergeten, maar blozend door de remindertoon daarvan griste hij het ding onder de blikken van de geïrriteerde nog wachtende passagiers uit de houder en spoedde zich naar zijn uitgang waar hij in zijn eigen klaarstaande cabine stapte, twee minuut 28 van zijn vrouw met kinderen in Almere-Haven 3 verwijderd. Hij zou eens met haar moeten gaan praten binnenkort, of hun leven niet wat bijgedraaid kon worden.
Hij zou zich toch moeten kunnen verheugen om zich ergens op te verheugen, bedacht hij zich terwijl hij ergens de vinger niet op kon leggen en zijn cabine zich uit het zicht van Schiphol onttrok.
Paul Melkert
Verkeersvlieger