
Iedereen wil een rechtvaardige en duurzame samenleving. Maar zelfs de meest nobele idealen hebben een economische basis nodig. Links of rechts, groen of liberaal, wie brood wil eten moet het eerst kopen. En wie het wil kopen, moet eerst geld verdienen.
Juist dat verdienvermogen van Nederland staat nu onder druk. Niet omdat er te weinig plannen zijn, maar omdat de voorwaarden om waarde te scheppen steeds slechter worden. De kosten lopen op, regels stapelen zich op, en strategische infrastructuur zoals Schiphol verliest terrein. We willen vooroplopen in technologie en duurzaamheid, maar belemmeren tegelijk de fundamenten die deze transitie moeten dragen.
Dat is geen links of rechts verhaal. Het is de realiteit.
Schiphol is één van die fundamenten. Al decennia is het niet alleen onze luchthaven, maar de Mainport naar de rest van de wereld. Het is essentieel voor onze internationale positie, voor het vestigingsklimaat en voor talloze bedrijven die afhankelijk zijn van directe verbindingen met het buitenland. Toch ligt de luchthaven permanent onder vuur. Niet alleen door terechte zorgen over milieu en geluid, maar ook door een overheid die de luchthaven steeds duurder, minder bereikbaar en minder aantrekkelijk maakt.
De havengelden stijgen met 41 procent, bovenop eerdere verhogingen. De vliegbelasting loopt op tot zeventig euro per passagier. En het politieke klimaat is steeds vaker wantrouwend richting de luchtvaartsector. Dat beeld wordt versterkt door activistische framing en idealistische sentimenten die niet stroken met de feiten.
De feiten die verspreid worden zijn gebaseerd op frauduleuze meldingen. Ik (auteur) meld digitaal zelfs vanuit Curaçao geluidsoverlast van Schiphol! Daarnaast blijkt uit EU-onderzoek dat de geluidsoverlast van wegverkeer vijf keer groter is dan die van luchtvaart. Toch ligt de focus exclusief op vliegtuigen. Omdat het goed zichtbaar is en decadent lijkt. Dus alle ambtenaren en andere overheidsfunctionarissen vliegen vanaf nu altijd Economy Class! Beter voor het milieu en onze staatskas.
In discussies over verduurzaming, rechtvaardigheid en publieke investeringen wordt vaak vergeten dat iemand het geld moet verdienen dat de overheid uitgeeft. Wat voormalig ASML-topman Peter Wennink in zijn deze maand gepubliceerde rapport weglaat, vergeet of niet ziet is een gebrek aan ‘situational awareness’, zo noemen we dat in de cockpit.
Sinds 2018 tot heden, groeide het aantal medewerkers bij de overheid met ruim 154 duizend voltijdsbanen, aldus het CBS. Vooral het rijk en de gemeenten breidden sterk uit. Meer regels, meer controle, meer coördinatie. De overheid stuurt, subsidieert, herverdeelt, beperkt en remt alle groei, behalve de groei in collega's.
De macht en kosten van de overheid groeit harder dan de economie die zij zegt te dienen. Maar wie creëert nu nog ruimte om gezond te verdienen?
Het rapport van Wennink benoemt terecht het belang van groei, technologie en strategische infrastructuur. Maar het stelt tegelijk voor om nog meer sturing toe te voegen: extra investeringsbanken, innovatieagentschappen, selectieve sectorplannen. Daarmee herhaalt hij de fout die het wil oplossen. Want productieve groei ontstaat niet aan overlegtafels, maar bij mensen die risico’s kunnen en durven nemen en willen ondernemen. Een grote overlegstructuur, dat doet de overheid al en met groot succes.
Wennink we moeten af van het idee dat de economie een mechaniek is dat je met beleid kunt afstellen. Een gezonde economie is een levend organisch systeem waarin vrijheid, vertrouwen en verbinding centraal staan. Dat vraagt om open infrastructuur, waaronder luchthavens, die ons verbinden met kennis, mensen en markten.
Wie Schiphol beperkt met buitensporige kosten en regels, beperkt indirect ook die start-up in Rotterdam die naar Amerika wil. De wetenschapper of arts die naar een congres vliegt. De expat die zijn gezin hier wil vestigen. Of de leverancier die afhankelijk is van snelle goederenstromen.
Zonder Schiphol geen hub. Zonder hub geen wereldspeler. Zonder wereldspeler geen draagvlak voor de ambities die we met zijn allen zo graag formuleren.
Links en progressief beleid draait vaak om zorg, rechtvaardigheid, duurzaamheid en publieke diensten. Dat zijn zeer waardevolle doelen. Maar ze vergen allemaal investeringen. En dus verdienvermogen. Er is niets sociaals aan een samenleving die haar economische motor laat vastlopen.
Wie inclusiviteit wil bekostigen, wie klimaatmaatregelen wil uitvoeren, wie onderwijs en zorg op niveau wil houden, moet ook zorgen voor een bloeiende economie. En dat betekent: investeren in wat werkt. In innovatie. In kennis. In infrastructuur. En dus ook in Mainport Schiphol. Zoals ze zeggen in Rotterdam: niet lullen maar poetsen.
Verdienvermogen is niet het vijandige alternatief van idealisme. Het is de voorwaarde.
Natuurlijk moet de luchtvaart duurzamer. Dat gebeurt ook stap voor stap. En natuurlijk mogen omwonenden hun zorgen uiten. Maar dat mag niet betekenen dat we Schiphol zodanig onder druk zetten dat het zichzelf niet meer kan vernieuwen. De luchthaven en Femke H. staan achter investeren in duurzaamheid, in betere terminals, in stillere vliegtuigen. Maar daarvoor is tijd en ruimte nodig. En vooral: visie en centen in de knip.
Het is goed dat we in Nederland kunnen polderen. Maar wie alles wil afstemmen en coördineren, moet ook de moed hebben knopen door te hakken. En erkennen dat we nu eerst moeten verdienen, voordat we kunnen verdelen. Want zelfs de mooiste idealen moeten uiteindelijk betaald worden.
En daar hoort Schiphol bij. Mijn oproep is net als een jaar geleden. Organisaties verenigd u nu. Start vandaag, sla de handen ineen! Fijne jaarwisseling.
Ontvang een jaar lang 30% korting op het beste van Luchtvaartnieuws en Zakenreisnieuws. Krijg onbeperkt toegang tot al het nieuws en de bijbehorende Apps. Ontvang tevens 12 maanden het Luchtvaartnieuws Magazine in de mail of op de mat.