In het FD van 19 november jl. wordt verslag gedaan van een vraaggesprek met de CEO van Emirates, Tim Clark. Het is van groot belang om zijn stellingname van kanttekeningen te voorzien. Er staan grote belangen op het spel en het gevaar is bovendien groot dat het Ministerie van Infrastructuur en Milieu strategische aspecten uit het oog verliest.
De belangrijkste vraag die gesteld moet worden is wie recht heeft op de extra capaciteit die mogelijkerwijze op Schiphol beschikbaar komt. De beantwoording van die vraag dient te worden bekeken vanuit tweeërlei gezichtspunten. Het eerste is welk belang op korte termijn bij voorrang moet worden bekeken en het tweede is welk lange termijn belang in het geding is.
De kwestie Air France-KLM speelt op korte termijn een belangrijke rol. Beide maatschappijen concurreren nog steeds met elkaar middels vijfde vrijheidsrechten van Frankrijk en Nederland gericht op het versterken van hun 'hub'-positie. De 'fusie' heeft die concurrentie niet geheel doen verdwijnen. Sterker nog, de hub-positie van KLM op Schiphol ondersteunt een nationaal belang. Meer capaciteit voor extra starts en landingen op Schiphol geeft ruimte voor de relatieve versterking van de hub Schiphol ten opzichte van Charles de Gaulle. Dat signaal dient op het hoofdkantoor in Parijs begrepen te worden.
KLM dient door de Luchthaven Schiphol gesteund te worden. Op lange termijn moeten we letten op verschuivingen in de wereldluchtvaartmarkten. Het is zeker dat de aantrekkelijkheid van Europa als toeristische bestemming zal toenemen. De capaciteitstoename op Schiphol is dan ook goed voor het accommoderen van de groeiende inkomende stroom van toeristen uit andere werelddelen.
Die intercontinentale toeristische markt groeit fors onder andere door de alsmaar dalende intercontinentale tarieven en kan bediend worden op grond van vierde en vijfde vrijheidsrechten van Nederland.
Het is wonderlijk indien Nederland de inkomende toeristenstroom relatief meer zou willen laten bedienen door derde vrijheidsrechten van landen waarvandaan de toeristen komen, zoals China en van vijfde vrijheidsrechten van landen die als overstap willen dienen.
Emirates heeft belangen bij het uitbouwen van vluchten op basis van vijfde vrijheidsrechten. Dubai levert met name overgestapte passagiers. Het zal Schiphol om het even zijn. Elke uiteindelijk vertrekkende passagier levert geld op. Doch in het licht van het Nederlands belang ligt het anders. Ontwikkeling van vierde vrijheidsrechten steunt ons belang meer dan van vijfde vrijheidsrechten van niet Europese luchtvaartondernemingen.
Parijs en Amsterdam zijn beide aantrekkelijke steden voor toeristen die in de toekomst waarschijnlijk een toenemende vraag naar rechtstreekse vluchten zullen uiten. Een subtiel luchthavencapaciteitsspel is begonnen.
Prof. Dr. Hugo B. Roos
Emeritus hoogleraar
[email protected]