Op de vliegbasis in Eindhoven is herdacht dat tien jaar geleden de eerste veertig slachtoffers van de vliegramp met de MH17 arriveerden. In de drie opvolgende dagen in 2014 kwamen nog eens 187 kisten aan en in de maanden daarna nog enkele tientallen, tot een totaal van 296 slachtoffers. Twee van de omgekomenen zijn nooit teruggevonden.
Bij het monument De Verbinding op de vliegbasis stonden nabestaanden en vertegenwoordigers van de gemeente Eindhoven, Nederland en Oekraïne stil bij de ceremoniële ontvangst van de lichamen. Tien jaar geleden waren koning Willem-Alexander, koningin Máxima en premier Mark Rutte aanwezig. De beelden van de lange colonne rouwauto's die over de verlaten snelweg naar Hilversum reed gingen de hele wereld over.
"Wat voelde als een komma blijkt uiteindelijk een punt", citeerde de Eindhovense locoburgemeester Rik Thij uit het gedicht 'Uitgezwaaid' van Merel Morre. Hij herinnerde zich de "oorverdovende stilte terwijl de kisten één voor één uit de vliegtuigen werden gedragen".
Op het moment dat tien jaar geleden de eerste Hercules met de stoffelijke overschotten op Eindhoven landde, namen de aanwezigen twee minuten stilte in acht. Initiatiefnemer Anton Kotte, die zijn zoon, schoondochter en kleinzoon bij de ramp verloor, toonde een compilatie van beelden van de aankomst van de kisten met slachtoffers en de reis naar Hilversum. Daar werden 296 van de 298 slachtoffers van de ramp geïdentificeerd.